donderdag 28 april 2016

Oost, West, Boot, Best!

26 april 2016


De kust bij Kaikoura

De reis wordt vervolgd via de kustweg naar Kaikoura, wat we erg toeristisch vonden, maar met een leuke DOC camping. Langs de kust staat een pittige koude wind en ik moet denken aan de zeilers, die binnenkort zullen vertrekken. Weer spannend om een nieuwe gebieden te ontdekken, koude nachten in het begin, maar dan kunnen er weer laagjes uit. Ach, dat is voor ons voorlopig niet aan de orde. 
In het Marlborough wijngebied bezoeken we oa. Peter Yealand. Al diverse keren hadden we de Sauvignon Blanc reserve van dit wijn estate gedronken en erg lekker gevonden. Het is gelegen op 1000 hec., enorm dus! Prachtig onderhouden, leuke korte film over het ontstaan en natuurlijk wijn proeven. 


De druiven worden machinaal geplukt, kan ook niet anders met deze omvang aan ranken.


De leukste schaapjes vind je hier, de glimlachende Babydoll sheep.

Pickton is onze laatste plaats op het zuider eiland. We sluiten af met een mooie wandeling naar de Snout met een prachtig uitzicht over de Marlborough Sounds. 
De vroege overtocht naar Wellington verloopt rustig, met nog 800 kilometer te gaan, overnachten we aan de zuidkant van Lake Taupo om de reis te breken.
Inmiddels alweer een paar dagen aan boord. Het is fijn om weer op ons eigen honk te zijn. Alles weer bij de hand, kacheltje 's avonds aan, heerlijk! 
Vanaf zondag 1 mei wordt het zeilersleven voor een paar maanden stilgelegd en vliegen we naar huis. Een hele trip van 17 uur vliegen naar Dubai, 3 uur wachten en dan nog 9 te gaan naar Kaapstad. 

maandag 18 april 2016

Canterbury

14 - 19 april 2016

Op het moment van schrijven zit ik in de centrale keuken van de camping in Lake Tekapo. Rondom ons hakken, snijden en koken er een stuk of 16 Aziatische mensen hun maaltijd. Ze zijn erg georganiseerd en iedereen heeft een taak. Ze nemen wel bijna de hele keuken in beslag, maar het is eigenlijk wel amusant om te zien. Ik ben ook bijna geneigd om nummer 33 te bestellen, wat dat ook op hun menu moge zijn. Het ruikt in ieder geval goed.


Inmiddels zijn we 2 dagen in deze mooie omgeving. Gisteren vanaf Moerakie naar Mount Cook, ook wel Aoraki genoemd, gereden. We rijden langs de plaatsjes Omarama en Twizel, hier begint Lake Pukaki, wat turkoois gekleurd is. Dit is een speling van de natuur. Het sediment, ook wel rock flour genoemd, geeft het water een melkachtige kleur en de reflectie van de zon maakt het turkooizen blauw. We hebben zonnig koud wintersport weer en het uitzicht is prachtig. Na het opzetten van de tent bij een DOC site hebben we nog tijd om de Hooker Valley track te lopen, een kleine 3 uur retour.


Een monument opgericht voor twee bergbeklimmers die in 1915 zijn overvallen door een lawine en daarbij het leven hebben gelaten.
                            

In de Hooker Valley met de 3754 meter hoge Mount Cook op de achtergrond.


Blokken ijs drijven in het Hooker Valley meer aan de onderkant van de Mt Cook glacier.

Ik heb het even niet naar mijn zin en helemaal gehad met het "basic gebeuren". We zitten aan het eind van de middag in de zg. shelterhut bij de camping van Mount Cook, een algemene ruimte. Sinds begin april is de wintertijd ingegaan en de avonden vallen daardoor snel in. Zeker hier in de bergen is het rond zessen al donker. Er is hier geen electriciteit en dus geen licht, behalve je eigen hoofdlampje. Om ons heen wordt druk gekookt, er is herrie, deuren worden dichtgegooid in plaats van dicht doen. Niels kookt die avond, maar dat gaat op een eenpitter ook niet echt geweldig, dus dat geeft al wrevel. We storen ons een beetje aan de egoïstische mentaliteit van de mensen om ons heen. Ze zijn alleen met zichzelf en hun telefoon bezig zijn. Deze zit werkelijk aan hun handen gekleefd onder het lopen, tijdens het koken, tijdens het eten en waarschijnlijk ook in bed. Er schijnt een nieuwe Samsung Galaxy telefoon te zijn, die nu waterproef is. Waarschijnlijk de wens van deze doelgroep, zodat je er nu ook mee onder de douche kunt.
Kortom, na ons ouderwets intermezzo van een kop koffie en thee ligt de familie Hendriks met 3 extra lagen aan onder de wol in de tent met als doel om ouderwets te gaan slapen...... 
Maar helaas om 21.30 arriveert er nog een auto naast ons, die hun tent nog moeten opzetten. Oké dat mag, maar echt rekening houden met hun omgeving doen ze absoluut niet. Deuren van de auto worden bij elk item wat nodig is om hun nestje op te bouwen dicht geslagen en er word druk overlegd hoe de tent in het donker moet worden opgezet. De gebruikte zaklamp schijnt dus regelmatig bij ons naar binnen en je zou verwachten dat er dan ook in hun hoofd een lampje gaat branden dat we misschien liggen te slapen, maar nee hoor. Als klap op de vuurpijl wordt er na deze noeste arbeid nog een overwinningswip gezet en dan gaat ook bij hen het licht uit, want ze zijn moe!
Ik zie Niels denken en nog voor dat hij wat kan voorstellen, druk ik hem op het hart dat wij het opzetten van de tent al gevierd hebben met een ouderwets glaasje wijn..... 
Als net alle rust is teruggekeerd komt er nog een motorhome binnen. De Verstappen in spe doet er 10 minuten over om zijn home in te parkeren. Ondanks het luide advies van vrouwlief rijdt hij achteruit zowat onze haringen eruit en vooruit met zijn koplampen onze tent zodanig verlicht dat het lijkt alsof we in een voetbal stadium slapen. Gelukkig zijn we degelijk gekleed. Leuk he, kamperen! Niet mijn avond dus, maar we vallen gelukkig toch in slaap.


De volgende dag is het weer een prachtige dag. Na een goede nacht en opgewekt humeur maak ik ontbijt met gebakken spek en eieren. Ik krijg direct vuile blikken van de vegetarische jeugd, maar mijn humeur wordt er alleen maar beter op. De toch wel steile  Sealy Tarn track wacht op ons en een goede bodem kunnen we dus wel gebruiken. Ondanks (of door) dit stevige ontbijt verzuren mijn benen behoorlijk en moet ik regelmatig stoppen voor ik de top bereik. Ik doe dit heel onopvallend door steeds heel beleefd de tegenliggers de kans te geven mij op het smalle pad te passeren! Natuurliefhebbers zijn tenslotte heel beleefde mensen onder elkaar, toch......Met wat opbeurende preken van Niels, die door mij niet altijd positief worden ontvangen, bereik ik uiteindelijk het einde van de track. Misschien moet ik voortaan toch maar vegetarisch ontbijten.


De Sealy Tarn. Wat een plaatje en een beloning voor de inspanning.


Gelukkig vergeet je snel de pijn.....


In de verte ligt onze camping.

Inmiddels hebben we onze biezen gepakt en rijden naar Lake Tekapo, waar we even helemaal niets doen. Een makkelijke wandeling naar Mount John, waar diverse telescopen zijn opgesteld. We zien Venus als een felle ster en hebben een 360 graden uitzicht vanaf deze berg.
Naast de camping ligt er een zwemparadijs met hotsprings, waarin heerlijk gepoedeld kan worden, watertemperaturen van 34 tot 40 graden. Maar wat veel leuker is, is de ijsbaan! Na even wiebelen gaat het als vanouds, niet gek na 36 jaar! 


Lake Pukaki.

                            

Paparazzi Niels


Sjoukje Dijkstra in aktie... Wel weer even wennen hoor!

Vanaf nu gaat de route richting het noorden en ligt Christchurch op de route. Het is de grootste stad op het zuider eiland en door de vele parken ook wel de Garden City genoemd. Tijdens de aardbevingen in september 2010 en februari 2011 is 70% van de binnenstad beschadigd of verwoest. We bezoeken Quake city, een museum over oa deze aardbevingen. Er ligt een prachtig plan klaar voor de herbouw en deels wordt er al aan gewerkt. 


De binnenstad, Re:START, is deels opgebouwd met gekleurde containers en dit geeft een trendy aanblik.





ChristChurch Cathedral, met de beving in februari ging ook de toren naar beneden.

                     




De bridge of Remembrance met de rivier Avond


Akaroa op Banks Peninsula.

                           


Banks Peninsula ligt zo'n 80 kilometer vanaf Christchurch en weer een mooie weg om naar toe te rijden. Hier ligt het dorpje Akaroa, als je terugblikt in de geschiedenis was het op een haar na dat de Fransen hier aan de macht kwamen. Wat rest zijn de  Franse straatnamen.






dinsdag 12 april 2016

Otago

9 - 14 april 2016

De volgende dag is het bewolkt met een beetje motregen. We laten de Key Summit track -een deel van de bekende Routeburn wandeling en vlakbij Milford- voor wat het is en rijden terug naar Te Anau. Hier klaart het weer op en besluiten we door te rijden naar Cromwell, provincie Otago. Dit blijkt een goed besluit, want naarmate we meer naar het oosten kilometers maken lossen de wolken op. 
Vanaf Queenstown verandert het landschap in een meer rotsachtige omgeving. Dit klopt ook wel, want er wordt hier maar 300 mm aan neerslag gemeten per jaar. De vele wijn estate's profiteren van de hogere temperatuur hier, maar de keerzijde is wel dat alles geïrrigeerd moet worden. Centraal Otago staat vooral bekend om de Rail Trail fietstocht en natuurlijk de eerder genoemde wijn met name de Pinot Noir die het hier goed doet. Nu zijn we niet vies van een lekker wijntje, dus gaan we die middag nog op pad naar een wijn estate inclusief lunch.


Laat de ton maar in duigen vallen.

In de omgeving van Gibbston en Bannockburn zijn er velen en wij kiezen voor Wild Earth. We gaan voor het wijn en lunch arrangement welke in karafjes en op een duig van een wijnvat worden gepresenteerd. We raken in gesprek met locals, die ons attenderen op een motorrace circuit en museum op 5 minuten rijden. Ze vieren hun 3 jarig bestaan en de entree is nu gratis. Alhoewel niet gepland gaan we erheen en zien een prachtig met veel geld opgezet project in de "middle of nowhere". Niels wordt geprikkeld door de dames bij de ingang voor een ritje van 200km/uur in een (oranje) Porsche Cayenne turbo op het circuit, maar bedankt vriendelijk. Niet voor de snelheid, maar de prijs ondanks de verjaardagskorting. De nieuwste McLaren wordt ook gebruikt voor 2 rondjes scheuren zonder kans op een boete en ik zie Niels toch twijfelen......, maar nee het blijft bij kijken. Het museum is afgewisseld met prachtige klassieke racers en peperdure nieuwe auto's. De Australische eigenaar heeft zijn geld verdiend met voer voor huisdieren...... Zijn laatste aankoop staat er ook de nieuwste Vulcan van 4,3 miljoen NZD (zo'n 3 miljoen Euro.....). 


Het Highlands Motorpark bij Cromwell.





Het plaatsje Cromwell vinden we op een soort vinex wijk lijken en na wat inkopen gedaan te hebben laten we het links liggen. De omgeving met zijn vele boomgaarden, waarvan het fruit overal langs de weg wordt verkocht, is wel mooi. We blijven er maar één nacht m.n. door de tegenvallende camping. De volgende dag doen we nog een wandeling naar Cairnmuir. Het is een beetje een saaie trip naar boven over een gravel weg, maar met mooi uitzicht naar de diverse bergruggen.


Lake Dunstan vlakbij Cromwell.


In de verte zie je de witte bergtoppen.


We gaan van de gebaande paden en rijden via het gehucht Naseby richting de Dansey Pass. We vinden een DOC camping bij Kyeburns Diggins. Het is een missie om te bereiken, maar we staan helemaal in ons eentje bij de German Creek en vinden het heerlijk daar tussen de dennenbomen en kabbelend watertje.

                                  

De DOC camping vlakbij Naseby

De voorspelling is regen voor de komende 2 dagen, dus een dag fietsen laten we gaan en koersen direct naar Dunedin. Het is geen straf om met bewolkt weer de stad te verkennen. Dunedin heeft een Schots verleden en is de Gaelic naam van Edinbugh. Een prachtig station dat, op het Opera House in Sydney na, het meest gefotografeerde gebouw ter wereld schijnt te zijn. Net zoals in vele andere NZ grote steden is er weer een prachtige opgezet en modern settlers museum en een prachtige Chinese tuin. De Cadbury fabriek wordt niet overgeslagen en ik voel me als Sjakie en de chocoladefabriek als ik na 90 minuten de fabriek verlaat. In het centrum Octagan genaamd duiken we een Schotse pub binnen en eten fish and chips. We zitten zelfs tot in de donker buiten op het terras, wat de volgende dag absoluut niet mogelijk is zonder verwarmd terras. Er waait nu een straffe zuidelijke wind en de temperatuur komt niet boven de 10 graden. Nog maar een extra dekentje voor de nacht.


Het treinstation van Dunedin.




                                

We bezoeken die dag het Royal Albatross Centre op Taiaroa Head (Pukekura). Naast een film en rondleiding zien we de broedplaats met jonge kuikens op het Otago schiereiland. Nooit geweten dat als een albatros voor het eerst uitvliegt richting Antarctica hij of zij de eerste 5 jaar nooit land aan zal doen. Als ze na die tijd weer voet aan land zetten, kunnen ze de eerste dagen hun eigen gewicht niet dragen.


Een foto van een foto. Om een idee te krijgen hoe groot een "chick" kan worden. Rond de 5 - 6 maanden kunnen ze wel 12 kilo wegen, maar dit overgewicht gaat allemaal naar de vleugels in wording.


De albatros met een vleugelspanwijdte van 3 meter.

Na een koude nacht gaan we 's morgens richting station waar we de Taieri Gorge Railway hebben geboekt. Ooit op tv geweest met de Great Scenic Railway Journeys. De rijtuigen stammen nog uit 1950 en we treinen naar Pukerangi, waar de locomotief wordt gedraaid en toeren we terug naar Dunedin.





We rijden die middag nog naar Moeraki, een klein vissersdorp. De grootste attractie zijn de Moeraki Boulders, grote ronde keien. We hadden het niet beter kunnen plannen als we met laag water aankomen. Er is ook een andere attractie in de vorm van een restaurant, Fleur's Place genaamd, waar we die avond nog terecht kunnen.


Zennnnnn














Milford Sound, Fiordland

7 - 9 april 2015


We nemen een detour via Cadrona, een nog mooiere pas dan de Haast pas, naar Queenstown. Op de achtergrond de Crown Range Bergen

Ons doel vandaag is Te Anau, de springplank naar de Milford Sound. Onderweg nog een bakkie in Queenstown, waar het een drukte van belang is. Één en al winkel, appartement en toerist. 
We zijn al vroeg op de plaats van bestemming en boeken een kayaktocht, de "Sterling sunriser", op de Milford Sound. Deze staat gepland om 08.00 uur en aangezien het nog een 2 uur rijden is naar Milford, proberen we een camping daar in de buurt te vinden. Nu blijkt dat er op dit moment een film (Alien Acknowledge of zoiets, ik ben de echte naam vergeten) wordt opgenomen, in de omgeving van Milford, waardoor het nodige volgeboekt is. 
We gokken op de camping bij Gunn's Camp, een voormalig pioneerskamp uit 1930, ooit opgezet door Davey Gunn. Tegenwoordig is er een "museum" en worden de huisjes, ook uit die tijd....., verhuurd. Alles is vol, maar er is nog plek voor een tent. 
Inmiddels hebben we te maken met het alom bekende weer van deze omgeving. Regen! In Milford Sound regent het gemiddeld 6813 mm en 182 dagen per jaar. Het is daarmee de natste plaats van Nieuw-Zeeland. Gelukkig kunnen we de tent nog in een droog moment opzetten, maar dan gaan de sluizen open. Ondanks de oude meuk is er in de recreatieruimte een houtkachel, dus lekker warm en waar het heerlijk toeven is. Buiten ruik je de geur van de houtkachel en doet ons denken aan de tijden van wintersport. In ons tentje horen we de Hollyford rivier, die inmiddels is veranderd in een woest water door de regen, die maar blijft vallen. Volgens onze App Windfinder moet het rond middernacht droog gaan worden. Gelukkig komt de voorspelling uit en staan we de volgende morgen met droog weer op en gaan op weg naar de kano's.
 

Het "museum" bij Gunn's camp

                      

Thermo-ondergoed in een leuk streepje, maar het ziet er niet uit. We zijn wel helemaal blij met onze recent aangeschafte $3 mutsen, lekker warm!

Het is nog donker en koud als om 06.00 uur de wekker gaat, maar wel met een prachtige sterrenhemel! Milford Sound schijnt volgens de brochures de mooiste van alle Sounds te zijn. Als we via de pas naar beneden rijden zien we de sneeuw op de hoogste toppen liggen.
Ollie, onze gids, reikt onze kleding uit en krijgen we instructies over hoe te kanoën, veiligheid en gevaren van onderkoeling. Samen met nog 5 anderen, in totaal 4 kano's, worden we met de watertaxi naar de Sterling waterval gebracht en moeten vanaf de boot in een wiebelige zeekano stappen. Vanaf hier zullen we terug naar Deep Water Basin peddelen. De weergoden zijn ons zeer gunstig gestemd en hebben we het mooiste weer van de wereld, alleen die zandvliegjes, daar moeten ze nog een oplossing voor vinden....


Een zg. Fur seal, die lekker van het zonnetje geniet.

                                    

De Sterling waterval


Het is een prachtige ervaring om met een kano zo dicht op het water te zijn en langs de hoge kliffen te varen


Mitre Peak vanaf de kant. Net een ansicht kaart.


De Kea, de bergpapagaai, net zo brutaal en luid als de baboon bij ons in ZA.


Lake Marian.

We konden de tent laten staan om hem later pas op te halen, om dan nog door te gaan naar Te Anau, maar we besluiten van dit prachtige weer te genieten. We maken en-route nog een mooie wandeling naar Lake Marian. Het is een steile klim, met veel modder door de gevallen regen. We komen pas tegen de donker aan terug op de camping en besluiten nog lekker een nacht te blijven staan. De warme douche en lekkere houtkachel hebben de doorslag gegeven.


De Hollyford rivier, spectaculair na alle regenval.













dinsdag 5 april 2016

Westkust

 3 - 7 april 2016

Inmiddels ligt Farewell Spit weer achter ons en gaat de reis verder naar het zuiden. Net als met het zeilen houden we het weer in de gaten. Om de 5 à 6 dagen komt er wel een front over vanuit de Tasmanzee naar NZ wat regen brengt. Dit weten we nog van onze oversteek van Tonga naar NZ. We koersen naar Murchison, waar we op de Buller rivier willen gaan wild water raften. Ik bel naar het desbetreffende bedrijf en dan blijkt dat ze pas over 3 dagen weer tours doen en beschikbaarheid hebben. Balen, maar direct gooit reisbureau Rodermond de planning om. Het is nu toch een buiige dag, dus dan maar verder doorrijden richting de westkust. 


Onderweg naar Murchison via de vele 1 baans bruggen. Het is wel opletten geblazen want de 2 rijbanen worden plots 1 rijbaan en er kan er maar echt 1 over de brug Niels.....


Punakaiki aan de westkust met zijn pannenkoekrotsen.

We bezoeken in de namiddag de pannenkoekrotsen en blow holes bij Punakaiki. Het valt een beetje tegen, want er is weinig activiteit en heel veel sjokkende toeristen. Tel daarbij op het regenachtige weer, dan zegt dat genoeg. We slaan hier ook de tent op voor één nacht, ook niet echt een geweldige camping en nog steeds dreigend weer. We zijn net een paar minuten te laat met opzetten en worden overvallen door een geweldige bui. We wachten, maar moeten uiteindelijk toch de tent opzetten in de regen, maar ik kan hier in ieder geval onze was doen. Wat opvalt is de enorme hoeveelheid Duitse toeristen, meestal jongere. Ze doen en-passant een maandje of 4 NZ en sommige plakken er nog een tijdje Australië aan vast. Toch iets anders dan tijdens onze jeugd, waar tienertoer met de trein door Nederland al een hele uitdaging was. Niels en Mar in een klein (geleend) tentje en menig jong koppel rijdt rond in een luxe camper. Hebben wij iets verkeerd gedaan......? 





Wat was het ook al weer, kamperen of kramperen?


De volgende dagen hebben we stralend weer. Via de mooie kustweg rijden we naar Hokitika, waar we 2 dagen op een leuke camping staan. Onderweg doen we bij Greymouth een wereld aankoop in de vorm van een schapenwollen onderdeken en een kingsize fleece deken voor bovenop de slaapzakken. De nachten worden naar mate we zuidelijker gaan kouder. Een tent okee, maar kou lijden vinden we echt armoede!


Het stadje Hokitika was ooit een goudzoekersdorp met een voorheen belangrijke, maar zeer moeilijk te bereiken haven zo lezen we. Vele schepen kwamen -aangetrokken door het goud- hier naar toe, maar strandden voor de kust op de bank in de getijde rivier. Nu is het voornamelijk een toeristisch dorp met Greenstone (Jade) winkels, outdoor shops, winkels met wollen merino kleding en allerlei artikelen gemaakt van possumbont. Over dat laatste hoeft de bonthandelaar of tegenhanger niet moeilijk te doen of ze te jagen. Tijdens het rijden liggen er helaas talloze aangereden possums langs de weg. Geen leuk gezicht, want ze hebben de grote van een kat en een prachtige vacht.


We huren mountainbikes voor de volgende dag om een gedeelte van de West Coast Wilderness trail te fietsen. We worden 's morgensvroeg met een busje in de bergen gedropt en fietsen via weer een prachtige route door berg en dal terug naar Hokitika. Het weer zit ons mee met prachtige blauwe luchten. Leuke bijkomstigheid is dat er na ons nog een stel is gekomen voor de huur van fietsen en de verhuurder vertelt hen over de trip die wij gaan doen. Zodoende fietsen we met z'n vieren de 60 km. 


Onderweg op de route passeren we het gat "Cowboy Paradise". We doen er een bakkie met een muffin en we kunnen natuurlijk niet weg zonder op de foto te gaan met cowboyhoed. 








Nog niet verleerd, maar wel een zere kont aan het eind van de rit.


Sunset aan het strand van Hokitika.

De volgende dag zijn we alweer vroeg op pad richting de Southern Alps, waar de plaatsjes Franz Josef en Fox Glaciers liggen. We doen alleen Franz Josef aan, wat erg toeristisch is met een enorm aanbod van scenic flights en helicoptervluchten boven de gletsjer. Het doet ons denken aan een ski-oord, maar dan zonder sneeuw.

                                

Het prachtige blauwe water afkomstig van één van de gletsjers.


De wandeling naar de Franz Josef gletsjer.

                                 

Een beetje verplicht plaatje met op de achtergrond de gletsjer van Franz Jozef. Je kunt niet verder dan hier, of je moet een helicopter vlucht boeken.

Na de wandeling rijden we verder via de Haast pas, onderweg weer tientallen plekken waar gewandeld kan worden. De 2-baanswegen zijn doorgaans goed, alleen op de bochtige passen loopt de snelheid terug varierend van 25 tot 85 km per uur. Bij lake Wanaka wordt de tent opgeslagen. Er staat een behoorlijke wind, maar we vinden een beschut plekje. We komen aan de praat met 2 Nederlandse meiden, waar we aan de picnic tafel naast onze tent samen de maaltijd genieten en kletsen over van alles totdat we allen slaap krijgen en de tent opzoeken.


De prachtige westkust van NZ.


Lake Wanaka waar we de nacht doorbrengen op een DOC camping. Er staat wel behoorlijk wat wind.