Het is ook altijd weer een verrassing wat je bij de volgende bestemming aantreft. We zien Morro do Pica, het gezicht (letterlijk en figuurlijk) van het eiland. Het is net een oude man, die vermoeid over zijn baai uitkijkt. Ook de nodige vissersbootjes en helaas zijn we weer de enige zeilboot. De bijboot komt weer uit de garage en wordt opgepompt en we brommeren naar de strekdam. Ook hier ontkomen we niet aan het officiele gebeuren. Het blijkt dat FdN, in het kort, nu ook een officiele "Port of Call" is en ook al waren we definitief uitgeklaard in Cabedelo, moeten we hier weer inklaren in Brazilie. Gelukkig gaat het er hier een stuk relaxter aan toe en komen de authoriteiten naar het kantoor van de haven. We krijgen een "carona" (lift) van de immigratie-officier naar het dorp Vila dos Remedios, daar waar alles...... gebeurd. Het is opvallend hoeveel Braziliaanse toeristen hier zijn, aangezien de enige manier om hier te komen met een boot of klein vliegtuig is.
Een groot deel van FdN is beschermd nationaal natuurpark en er zijn de nodige restricties van wat je wel en niet mag vergelijkbaar met Abrolhos. Zo heb je het strand van Leao, hier leggen de zeeschildpadden hun eieren en is het strand van december t/m juni verboden terrein. Er zijn diverse andere stranden geexploiteerd door het nationaal park en waar entreegeld voor wordt gevraagd. Het is zowiezo een kostbare aangelegenheid om hier te zijn. Ook al liggen we hier op eigen anker en zijn er geen faciliteiten betaal je een dagelijkse hap "havengeld" en daarnaast een dagelijkse fee om aan land te mogen komen. Dit was bekend bij ons en we hadden het er voor over. Je komt hier waarschijnlijk nooit meer. Het is alleen wel jammer, dat je daarnaast nog eens entree voor sommige parken moet betalen. We begrijpen best dat om de natuur te beschermen er geld nodig is, maar er hangt ook een behoorlijke vleug van commercie omheen. Er is een waslijst van dingen, die je hier niet mag doen omwille van deze natuur, maar kijk niet om je heen wat de bewoners er soms een bende van maken, maar het wordt leuk verpakt.
Het water is zoals verwacht helder, warm en prachtig blauw en we pakken weer de bijboot naar Praia da Conceicao. Hier is het prachtig snorkelen en naast de kleurijke tropische vissen zien we een manta en zeeschildpad onder ons voorbij gaan. Op de terugweg houdt de buitenboordmotor ermee op en wordt het peddelen tegen wind en stroom in, maar afgezien van de pijn in de rug helpen we hiermee wel weer de natuur door geen brandstof te verbruiken?! Gelukkig krijgen we halverwege een sleep, anders hadden we er nog rondgedobberd. We spelen toerist en huren net als alle anderen een gifgroene buggy en karren hier het hele eiland mee rond.
We snorkelen bij het wrak in Baia Santo Antonio. Niels heeft een goed oog voor het ontdekken van het "wild" en zo zien we hier een Bramble haai, gekleed in schutkleuren, maar gelukkig in klein formaat. Het beest had wel een onsympatieke kop en je gaat er niet snel een praatje mee maken. De schilpadden zweven rond als ufo's en ze verdwijnen achter een school met zilverkleurige visjes, die het synchroon zwemmen hebben uitgevonden. Later zien we de haai op het menu staan als viskoekje " Bolinho de Tabarao". Ik moet zeggen het smaakte prima.
Zondagmorgen de 25ste zullen we anker op gaan en richting Suriname zeilen met een tussenstop in Frans Guyana (Iles du Salut). De afstand tot F.G. zal zo'n 1450 mijl zijn en zo'n 10 tot 12 dagen duren.
Morro do Pica
Op de achtergrond Ilha Rasa en Ilha do Meio
Praia da Conceicao. Toen deed die het nog.......
We krijgen een sleepje van de plaatselijke duikschool.
Ilha Dois Irmaos of te wel Twin Brother Island
Een poging om een panoramafoto te maken, terwijl de zon achter de wolken gaat. Praia do Leao
Onze Kermit de Kikker.