vrijdag 26 september 2014

Lake Atitlan

27 september - 7 oktober 2014

Balen als een stekker! Na vele uren ploeteren om van deze blog weer wat leuks te maken wil ik nog snel even een laatste foto toevoegen en dan: pats weg tekst en ik zie nog alleen het onderwerp Lake Atitlan staan. Hoe kan dit nu weer? Blond momentje, ik .... nee toch. Ik baal als een stekker en geef de hele wereld de schuld inclusief Apple, de nieuwe update, ergens door gestraft of zo, het weer en Niels natuurlijk. Ik sla een dag over, verzamel moed en hier ben ik dan weer.

We pakken de bus naar Antigua. Het weer is pet, het regent en het is zelfs koud voor ons doen. Wat wil je: Rio Dulce met 35 graden en hier op 1500 meter hoogte net 17 graden. Het is lang geleden dat we een lange broek en trui aanmoesten. Antigua is ons inmiddels bekend van voordat we naar Nederland kwamen. Je kunt er heerlijk eten en we vallen met onze neus in de sushi. We boeken een massage voor de volgende ochtend, om weer wat vorm in de inmiddels vierkante kont te krijgen. Helemaal relaxed zitten we in de shuttle bus op weg naar Santa Cruz. Onderweg tijdens de stop voert Niels nog zijn ham/kaas croissant aan een straathond. Het beestje heeft de dag van leven. Het is het grootste nadeel hier in Guatemala, de vele straathonden, maar het moet gezegd ze worden niet -wat we kennen van vele Mediterane landen- slecht behandeld door de bevolking.
De weg van Antigua naar Panajachel voert door een heuvelachtig landschap met rommelige stadjes en gehuchten. Aan de straat de nodige tiendas (winkeltjes) en fruitstalletjes. Na 2 uur rijden komen we aan in Panajachel, gelegen aan Lago Atitlan. De lokale bevolking noemt Pana ook wel Gringotenango door de enorme hoeveelheden Amerikaanse toeristen, waarvan 90% oud hippie of backpacker is. Er is een lange winkelstraat Calla Santander, waar je doodgegooid wordt met authentieke lappen, tassen en kleding. 
Hier eindigt het normale weg vervoer en is de volgende etappe per lancha waar iedereen gebruik van maakt. We pakken een publico, voor het gewone volk. Hele verhuizingen worden op het dak geladen en we twijfelen of we wel overeind blijven. Eigenlijk wel stom want als zeiler liggen we zelf soms dagen op 1 oor en twijfelen niet of we omslaan. Je kunt ook kiezen voor een prive bootje, maar dan betaal je 10x zoveel. Met dik 200 PK achterop blazen we het meer over naar Santa Cruz, waar onze Posada is. Ik kijk toch regelmatig naar achteren of ik niet een blauwe tas zie drijven, want die van ons ligt ook bovenop!


Wachten op het busje naar Panajachel.


Het landschap onderweg van Antiqua naar Panajachel



Panajachel aan het meer van Atitlan


Het normale vervoer eindigt hier. Het vervolg is met een lancha



Aan lagerwal is het flink klotsen. Het meer heeft 2 gezichten: in de morgen kalm, maar 's middags zet de wind door en kan het behoorlijk ruw zijn op het water.


De steiger van Santa Cruz, die elk jaar verhoogd moet worden i.v.m. het stijgende waterniveau. Op de achtergrond Posada La Iguana Perdida.

Lago Atitlan is heel lang geleden ontstaan door diverse vulkaan uitbarstingen. Twee rivieren zijn hierdoor geblokkeerd met het gevolg dat de enorme krater is volgelopen. Aan de noordkant ligt de Cuchumatanes bergketen en aan de zuidkant liggen de vulkanen Toliman, Atitlan en San Pedro. Op mooie dagen kun je zelfs in de verte, de nog steeds actieve vulkaan, Fuego zien liggen. 
Santa Cruz is een van de dorpjes aan de noordkant van het meer. Bij La Iguana Perdida met de duikschool Ati Divers zullen we 8 dagen verblijven. Niels gaat hier voor zijn PADI cursus open water duiken en Mar probeert wat meer van de Spaanse taal op te steken.
De eerste dagen zijn we nog vrij en na een vroege ochtendsessie met yoga, waar heel wat vergeten spieren worden opgerekt, lopen we naar het dorpje Jaibalito verderop . 


In de diepte ligt het gehucht Jaibalito.


Vroeger was er gewoon een pad, maar nu loopt men over steigers. Van vele huizen en hotels zijn de onderste verdiepingen al ondergelopen.



Zoals je ziet is het waterpeil is flink gestegen. De voorspelling is dat er de komende jaren nog 6 meter bij gaat komen. Op de achtergrond zie de "Indian Nose", draai de foto een kwartslag en je ziet het gezicht.

Vanuit Jaibalito nemen we de lancha verder naar San Juan, waar aan het wankele piertje de nodige boat- en taxi boys staan te wachten voor handel. We laten ons verleiden door Elloise, een verlegen tuktuk bestuurder. Hij doet vreselijk zijn best om Engels te praten en laat ons het dorp zien. De gebruikelijke koffieplantage, oude en nieuwe kerk komt voorbij. We bezoeken Casa Flor Ixcaco (www.casaflorixcaco.com). Dit is een initiatief van een groep van 22 vrouwen, die allemaal thuis hun produkten weven en dit in deze winkel verkopen. Ze hebben hun eigen katoenplanten en maken gebruik van natuurlijke produkten zoals fruit en groente om hun wol te kleuren. Alle opbrengst van de verkoop komt ten goede voor de plaatselijke jeugd, om hun studies en vervolgopleidingen te betalen. Natuurlijk is er iets bij van Mar haar gading en gaat ze terug met een mooi Indigo kleed. Terug op de kade breekt het zweet uit bij Mar als ze ontdekt dat ze eigenlijk iets te weinig geld heeft om nog terug te komen in Santa Cruz. We waren gewaarschuwd door de kenners om niet al teveel cash mee te nemen, maar door Mar d'r kooplust en onze "guided" toer -waar we natuurlijk teveel voor betaald hebben- waren we gewoon door onze poen heen. Nooit geweten dat Mar zo goed kon pingelen in het Spaans, maar ja met de rug tegen de muur en als kat in het nauw weet ze de locals te overtuigen en hebben we de allerlaatste lancha naar Santa Cruz en zero Quetzales over.


Op een mooie Pinksterdag met onze "internationale" gids Elloise.


Het katoen wordt nog op de ouderwetse manier gesponnen en daarna gekleurd. Hier komen geen chemicalien, maar natuurlijke produkten aan de pas.


De oude en nieuwe kerk in San Juan. We sponsoren en horen dat het volgend jaar klaar is...... We zullen het nooit weten.



Ze zijn maar klein van stuk die mannen, maar zo kan het ook. De PK's geeft ze een mannelijk gevoel.


En Mar maar klagen als ze moet wassen. Dit is nog het echte werk.



De volgende dag pakken we de lancha naar San Pedro, helaas of misschien maar gelukkig is het bewolkt weer. Zodoende geen wandeling naar de top van de vulkaan. Het is een toeristisch stadje met de kerk in het midden. Aan de waterkant wordt de was nog op de ouderwetse manier gedaan en de mannen bewerken het land. In het algemeen lopen de vrouwen nog in de traditionele kleding, wat prachtig is om te zien. Praktisch is een andere vraag. De geborduurde blouse, guipil genaamd, wordt door de vrouwen zelf geborduurd. Sommige zijn ware kunststukjes. Elke dorp heeft zijn eigen motief en dit geldt ook voor de dialecten. In Pana is het kaqchikel wat er gesproken wordt.
Op het grote dorpsplein spelen de kinderen basketbal en wordt er druk gehandeld in groente en fruit.


Muziekles op het kerkplein.


Nooit te oud voor een ijsje. Ze had er heel lang plezier van want ze had nauwelijks tanden.

                       

Een van de weinige mannen in kledendracht.


Santiago de Atitlan, een eenzame visser in zijn cayoco, het is net een veilingkist met een boegspriet.

We gaan nog een dorp verder, Santiago de Atitlan. Hier valt het een beetje tegen. Waar het in vele dorpjes nog leuk chaotisch is, is er hier veel beton en doet het verlaten aan. Wel vinden we hier de fel gekleurde hangmat waar we naar op zoek waren. Nu nog uitvechten wie erin mag......
We hebben een soort van haat/liefde verhouding met de lancha's. Aangezien dat de laatste om 17.00 vaart en wetende dat we via Pana naar Santa Cruz moeten, zorgen we dat we ruim op tijd bij de steiger zijn. Al met al duurt het een uur voordat de boot vertrekt. Kortom, om 16.30 komen we aan bij een voor ons totaaal onbekende plek in Pana. Nee, volgens de mannen daar is de laatste boot allang weg! We pakken snel een tuktuk naar de andere kant van het dorp. We trekken nog net niet degene eruit die er al inzit en sjeezen naar de officiele vertrek/aankomst steiger voor Santa Cruz waar we alweer nog net de laatste lancha pakken.
 

Op woensdag begint het serieuze werk: Niels moet aan de bak met zijn theorie en eerste "zwembad" lessen en Mar krijgt haar eerste Spaanse les. 
Het is even slikken voor Nelis, hier geen helder azuurblauw Caraibisch water, maar troebel lichtgroen zoet water met takken en boomstammen bezaait. Het is niet de eerste keer dat hij probeert om het duiken te leren. Al 20 jaar geleden probeerde hij het, maar moest hij afhaken omdat het ademen door de mond en de herrie van de bubbels hem teveel werden. Zelfs enige jaren later op Bonaire wilde het maar niet lukken. Aangezien iedereen doodleuk vertelt over een duikbrevet te beschikken werd het bijna een obsessie, waarom hij niet. Twijfels over misschien wel een foutje in de sinus......of bij de geboorte wellicht bijna verdronken in het vruchtwater, bleven maar rondspelen. Aangezien duiken en cruisen prima samengaan en Mar haar brevet al heeft moest het nu toch een keer gaan lukken, maar waarom in godsnaam hier op 1500 meter. Het advies van iedereen "gewoon verstand op nul zetten" is makkelijker gezegd dan gedaan. Voor Mar is het andere koek, haar verstand moet niet op nul gezet worden want ze heeft het idee opgevat om Spaanse les te volgen. De grijze massa wordt behoorlijk aan het werk gezet door juf Rosa. Sufgeluld na een 2 uur durende sessie, schraap ze toch alle moed bijelkaar en spreek weer af voor de volgende dag. 
 

De eerste "zwembadlessen" van Niels. 

Mijn hart gaat tekeer als ik gelijk een heel duikpak aan moet met daarover nog een shorty, omdat het water maar 22 graden is. Oli, de duikinstructeur, is een koele Engelse gozer en ik houd mij ook stoer, maar met de flessen op mijn rug en het strakke pak heb ik het gevoel dat alle lucht uit me wordt geperst. Zeker omdat we nog een stukje moeten lopen naar de waterkant. In het boekje van PADI staat dat alle oefeningen in het zembad worden geoefend, echter hier niet. Ik ga onder de steigers door naar het oefenterrein. Ik had met Mar al wat keertjes geoefend met de automaat in de mond en onderwater en dat ging redelijk, nu had ik er toch weer moeite mee en vraag even een time-out. Van alles gaat er door mij heen: voor Jan lul hier naartoe, balen van mijzelf, niet samen kunnen duiken en deuk in mijn ego...... Ik schraap alle moed bij elkaar en zeg dat we zo snel mogelijk onderwater moeten gaan voordat ik me bedenk. Het lukt alhoewel ik nog steeds niet dat gelukzalige gevoel heb van het voor de eerste keer onderwater ademen wat in de boekjes staat ervaar. We doen oefeningen en langzaam aan begin ik er aan te wennen. 1 keer vergis me en adem door mijn neus terwijl ik net mijn masker laat vollopen, dit was geen goed idee en ik verslik me geweldig. Ik ben blij als de 2 duiken erop zitten, vooral omdat het zicht net 1,5 meter is en ik steeds verstrikt raak in een boom die vorige week is omgevallen, maar het geeft toch een goed gevoel.
De volgende dag weer theorie en alleen een zwemtest en "skindive" (15 meter onderwater zonder flessen). Het kwam mij goed uit, want ik voelde me niet 100%. 


Van de steiger met een voorwaartse sprong. De lanchas komen af en aan en de lokale kids lopen te dollen. Ik ben niet happy......



Het is zaterdag en er staan weer 2 duiken op het program. Ik heb instructie Dvd's bekeken en het PADI handboek weer doorgelezen. Vanmiddag na de duiken weer een aantal quizen en het theorie examen. Ik moet er ook nu weer doorheen als we vanaf de boot met een rol achterover in het water belanden en ik de ademautomaat in doe voor de afdaling. We gaan vandaag dieper naar 18 meter en in een ondergelopen hotel het komende uur onderwater doorbrengen. Het zicht is nog minder dan gister en ik ben blij dat Oli gele zwemvliezen heeft, want regelmatig ben ik hem kwijt. Door de hoogte van het meer is het hier moeilijker om een neutraal drijfvermogen te behouden op de verschillende dieptes. Ik loop dan ook lekker te kloten en blaas soms mijn longen uit mijn lijf om maar niet omhoog te gaan. We doen weer allemaal oefeningen en ik begin er zowaar de humor van in te zien. We gaan het ondergelopen hotel en spelen met een nog aangesloten kraan, zitten aan een oude bar en bezoeken het ondergelopen zwembad en sauna. De middag zit volgepropt met theorie en ik doe het examen met succes. Het is niet moeilijk, maar ik ben gewoon moe van alles en de stress en kan nauwelijks mijn aandacht erbij houden. De volgende duiken zijn volgens Oli vooral veel plezier en het herhalen van de oefeningen.......



Lago Atitlan in de vroege morgen.

Aangezien er na vijven geen bootjes meer varen, brengen we de avonden door in La Iguana. De meeste gasten zijn backpackers en we zijn echt de oudjes. Dit maakt uiteindelijk niets uit, er heerst een gezellige stemming. Mar wilde toch ook nog wat spannends doen en probeert Paragliding te boeken, helaas werkt het weer niet mee en gaat het niet door. 's Avonds wordt er gezamelijk gegeten en zitten we aan lange tafel en iedereen heeft zo zijn verhaal. Gelukkig hebben wij met onze trip ook nog wat te melden. Het Is zaterdag en dan is het BBQ avond en een verkleedpartij. De mannen gaan als vrouw en andersom. We zien er beiden niet uit, maar ja je doet toch gewoon mee. Heeft Mar toch nog wat spannends.... We drinken een wijntje samen met de eigenaars en hebben een leuke avond. 


A room with a view!


Spaanse les op de patio, wat anders dan in de klas zitten.


Terwijl Niels aan het zwoegen is, gaat Mar aan de wandel met de Aussie Jade en de Zweed Thomas. In Santa Marcus kun je van een 8 meter hoog platform springen, natuurlijk kun je dan niet achterblijven! 


De volgende morgen is het prachtig weer, maar ik(Niels) had weer eens koppijn en slecht geslapen en dat terwijl er nog een paar duiken op het program staan. Oli is zeer enthousiast opgestaan en brieft dat we een afdaling langs een lijn gaan maken, op het kompas in het donkere water de weg terug gaan vinden, een vulkanische grot op 18 meter in gaan, met de hand in het hete zwarte stof wroeten en gaan bij een hete uitstulping een eitje koken onderwater, jippie....... Ik laat het niet blijken en hoor het allemaal aan, maar kan het enthousiasme van Oli nog even niet delen. Mar heeft de briefing ook gehoord en als ik met de flessen op mijn bult het bootje instap kijkt ze me aan alsof ze voorgoed afscheid van me moet nemen. Uiteindelijk valt het zoals altijd mee en ik kom terug, weer een ervaring rijker. Het zit erop ik heb mijn certificaat en nu oefenen op eigen kracht, maar wel in mooi blauw en helder water. De middag vullen we met een ritje naar Panajachel en de laatste avond in de posada houden we het rustig. We hebben hier een prima tijd gehad ondanks de duikstress en de Spaanse lessen, maar gaan ook weer graag terug naar ons huis op het water in Rio Dulce.


Sotsji, de Guatemalatheekse Bokkie en Balti, de waakhond die tot aan ons vertrek nog steeds aan het bedenken was hoe hij dat het beste kon aanpakken.



De laatste dag met enkele gasten en vrijwilligers van de Posada.



Voor de laatste keer terug naar Pana met de lancha.






In Antiqua is er een grote markt met prachtig opgestelde kramen met groente en fruit.


Voordat we terugrijden naar Rio Dulce nemen we nog een laatste cappuccino bij Cafe Condesa






    














dinsdag 23 september 2014

Het leven op de Rio

September 2014

Bijna weer een maand voorbij en het leventje op de Rio kabbelt rustig door. Het weer blijft vochtig en tropisch warm. Het is de regentijd, dus met regelmatig een bui met de nodige onweer. Binnenin de boot is het gemiddeld tussen de 26 (koel....) en 35 graden. Helaas geen airco aan boord, maar de aanschaf van een hele grote fan maakt de warmte een stuk dragelijker. Bijkomend voordeel: de wind ervan zorgt dat er minder muggen aan boord blijven logeren! Behalve onder de klamboe boven het bed.... Hoe ze erin komen geen idee, maar het is altijd prijsschieten voor die krengen. Pas in de ochtend ontdekken we ze, slaan ze dood en zitten vol met bloed. Snap eerlijk gezegd totaal niet de functie van een mug in de natuur, anders dan ons lopen neten!

We zijn druk met allerlei kleine klusjes, die soms zo eenvoudig lijken, maar van het een komt het ander en voor je het weet ben je weer een dag verder. Tot groot geluk van Mar is het project bijboot eindelijk klaar, incl. een nieuwe hoes voor de motor en de externe benzinetank. Zoals voor heel veel zeilers is de bijboot onmisbaar en zijn we niet de enige die lopen te tobben met het motortje. De ene keer water in de benzine, verstopte leiding etc.etc. en dan lig je te dobberen in het midden van de rivier. Door de externe benzinetank hopen we dat dit nu verleden tijd is.


      Een eenmalig Rodermond design!

Inmiddels heeft Niels alle electrische onderdelen voorbereid en geinstalleerd voor de nieuwe windgenerator die we hebben meegenomen uit Nederland. Het wachten is alleen op de lasser, die het RVS gaat doen. Het lijkt een beetje op Zuid Afrika, want natuurlijk is het las-apparaat kapot en moet de nieuwe uit de States komen. Ach, we hebben nog wat tijd...


        Het gerestaureerde fort/kasteel San Felipe om de hoek.

Iets verder op de rivier ligt Castillo San Felipe, een mooi onderhouden fort. De rivier gaat hier over in het Lago de Izabal. Het meer is het grootste meer van Guatemala. Het is ongeveer 48 kilometer lang en 24 kilometer breed en heeft een oppervlakte van 589,6 km². 




   
Ik lijk niet erg ontspannen (zie tenen....), maar het duurde waarschijnlijk weer te lang voordat Niels de foto nam!


       Het kasteel met op de achtergrond Lago de Izabal

Op 15 september viert Guatemala Independence Day en ook in Fronteras wordt dit gevierd. Het is een lang weekend en dit merk je direct op het water. De motorboten, groot en klein, komen uit hun stalling, en de eigenaren showen met hun speeltje. Ze zien er tiptop uit, wat ook niet anders kan, want elke dag komt er een ploeg om de boel te lappen en poetsen. De jetskies "showen" hun kunsten, het liefst lekker langs onze boot.
Er is een kinderparade, van klein tot groter, gekleed in schooluniformen, klederdracht en "ronde" missen. Op de dag zelf neemt de Bomberos (Brandweer) het voortouw en met een hoop kabaal leiden zij de optocht door de hoofdstraat. Ook nu wordt de Guatemalaanse vlag trots gedragen. Het is een prachtig gezicht met name de traditionele kleding! 


    
     De Bomberos gaan voorop in de Parade.





                         










Helemaal verlegen voor de foto. Linksboven zie je nog net de weg die over de rivier gaat.


      De trotse Missen


Wat kleren en haren betreft is alles prima verzorgd.

Het is gelukkig niet alleen klussen, ook sun downers en etentjes met de Betty Boop en de Baros. Peddelen met een geleende kano op een zijrivier, maar helemaal waterdicht was die niet, dus dat hadden we zo bekeken.


Indiana Jones...





Op pad naar Perico, Ad en Marian in hun "Boop Sloop".


Dit kwam zomaar uit de lucht vallen