zaterdag 28 december 2013

Union Island, Mayreau & Tobago Cays

19 t/m december t/m 26 december


Onze eigen Whoopie, heerlijke verse kruiden en goed fruit.

Het zijn korte afstanden, maar in de open stukken tussen de eilanden komt de deining van de Atlantische Oceaan behoorlijk binnen. We verbazen ons telkens weer dat -als je ziet wat een kuilen er soms in het water zitten- onze UnWind er weinig last van heeft.
Bij aankomst in Clifton Bay op Union Island, komen direkt en voor het eerst de veel besproken en "beruchte" boat boys aangescheurd met hun bootjes. Of we een mooring willen hebben. Nee, we gaan ankeren en zoeken een plek op achter het Newlands Reef. Nee, daar konden we niet liggen volgens de boys, daar keerde de ferry. Uiteindelijk een mooi plekje gevonden, maar irritant is het wel als je bezig bent met ankeren en die gasten roepen en cirkelen maar om je heen. In de loop van de dagen hebben we er geen last meer van en ach, uiteindelijk vallen ze mee en proberen ze ook de kost te verdienen. We zullen er aan moeten wennen en wellicht wat relaxter mee om moeten gaan. Over de ferry gesproken. 's Avonds rond negenen horen we een toeter, komt me daar een bak van een schip binnen, de ferry dus. Hij vaart rakelings langs de jachten, hij plonst er zijn anker uit en laat zich zo naar de jetty drijven. Zo gaat dat dus hier. De "vervelende" boat boys hadden dus best wel gelijk.
Het inklaren gaat er hier gemoedelijk aan toe, geen luidsprekende machootjes, die jou als een sukkel behandelen, maar de vriendelijkheid zelf.
De main street in Clifton is kleurrijk met allerlei winkeltjes, restaurantjes en een fruitmarkt. Bij onze "Whoopie" kunnen we sinds tijden weer verse basilicum en coriander kopen. Haar meeste spullen komen van eigen tuin en zijn van prima kwaliteit. Ook is er een Franse deli, dus slaan we hier onze lekkere Europese spulletjes voor de kerst in. 
Achter het rif wordt er druk gekite surft en er blijkt hier een professionle school te zijn. We besluiten om een cursus kite surfen te doen. In de 3 uur durende les leren we de kite te besturen en doen we oefeningen met vlieger en board in het water achter het rif. Er staat een flinke wind en met de kite aangeclipt aan je harnas word je al snel gelanceerd. Uiteindelijk beeindigen we alle twee de les met een paar redelijk succesvolle ritjes. We hebben het koud, maar voelen onzelf een hele Tinus en zijn reuze enthousiast.


Dit is waar we geoefend hebben, maar dit zijn wij het niet, maar wel leuk om te zien.

Binnen 5 mijl varen ligt het volgende eiland Mayreau met zijn prachtige strand. Als we het anker willen laten vallen, worden we weggejaagd door een stel geflipte Fransen, die vinden dat we te dicht bijkomen. Nou, we gaan al, we willen er niet eens meer liggen. Iets verderop in dezelfde Saline Bay vinden we een ander mooi plekje. We gaan aan land en lopen naar de andere ankerplek, die we eerst aan wilden doen aan de noordwestkant op het eiland, Salt Whistle Bay. Het is daar een drukte van belang en op het strand is een enorme herrie van de plaatselijk beach disco. We twijfelen of we 
toch echt te oud worden hiervoor, maar het is een takke herrie met vreselijk Soca muziek en zijn blij dat we aan de andere kant liggen. Het is hard, harder, hards met gigantische speakers en de kinderen spelen er vlak voor en graven kuilen in het zand. Terug bij onze ankerbaai sneaken we bij "Dennis's Hideaway" binnen en genieten van de beste rum punch tot nu toe met op de achtergrond Barry White en kerstmuziek. Ja, bedenken we, we worden daar dus te oud voor....... (Gelukkig)


Niels met de bartender Eugene, onze "Oranje fan".

Het kreeftenseizoen is van september t/m april, dus elke visser heeft ze in de aanbieding. De volgende dag kopen we bij Dr. J, een boat boy, kreeft en natuurlijk worden we al lachend geflest. We spreken een prijs af per pong (dit is iets minder dan een pond) en volgens hem zijn de 2 kreeften 12 pong in totaal. We geven ze bij afscheid nog allebei een biertje ook, maar ik zal maar niet zeggen wat het werkelijke gewicht was..... Weer wat geleerd, ook al denk je zelf een goede prijs per pong te hebben bedongen,  als ze je flessen met het gewicht schiet je dus niets op. Volgende keer eerst zelf wegen en dan pas betalen. Valt weer onder het kopje ontwikkelingshulp.....


Dr. J, of liever heer Olivier snijdt de kreeft voor ons in twee stukken, zit bij de prijs in....

Samen met de Nostress gaan we de kerstdagen in Tobago Cays doorbrengen. Tobago Cays zijn een groepje onbewoonde eilanden, die beschermd achter een hoefijzervormig rif liggen. Je hebt de eilandjes Baradel, Petit Bateau en Petit Rameau. We droppen het anker achter Petit Rameau. Het water is als een kaleidoscoop -mooi woord trouwens- van allerlei kleuren blauw. 
Bij aankomst gaan 's avonds de kreeften op de Zuid Afrikaanse Cobb en is het smullen aan boord van de UnWind!


Ze passen er maar net op 

De volgende dag is het prachtig weer. We pakken de bijboot en snorkelen direct achter het rif. We zien naast de gebruikelijke visjes ook de hier bekende schildpadden. Aan deze kant bij Baradel is het een drukte van belang van allerlei zeilboten voor anker.


Niels gooit het anker uit bij het rif



Op zoek naar Stoffel, 


daar is die dan, op het gemakkie zijn buikje aan het vol eten.

De kerstavond vieren we aan boord van de Nostress. We hebben het reuze gezellig en zelfs de Santa komt nog langs. Ook later op de avond komt hij nog een presentje brengen: zware buien, onweer en veel wind. De hemel wordt urenlang hel verlicht en de wind trekt aan tot 7 BFT. Het anker houdt goed, maar van slapen komt niet veel terecht. Door de harde wind wordt de bijboot, die we voor de nacht altijd langszij optrekken, bijna gelanceerd. Zodoende zijn we 's nachts nog druk in de weer om deze dan toch maar achter de boot te brengen. 
De volgende dag is het een wereld van verschil met de dag ervoor en wordt het een echte Nederlandse kerst met veel buien en wind. 


Geen frivole kerstjurkjes, maar windjacks

We zijn de enige 4 zeilers, die hun kerstdiner aan de picknick tafel op Petit Bateau eten, de rest van de "yachties" laten het bezorgen. Watjes.... Het waait het nog steeds, maar gelukkig is het droog.  
De volgende dag hebben we het zonnetje weer terug en komt er een ware armada van schepen binnen. Van charterboot tot mega motor/zeiljacht. Voor de kenner: we zien een zwarte Wally van zo'n 70 voet en ander prachtig Nederlands jacht "Tulip", volgens Niels een Andre Hoek ontwerp. 
Tijdens onze picknick op het strand komt de bemanning van het motorjacht 'Malori' aan wal. Met een damasten tafellaken, zilveren bestek en wijnkoelers wordt de lunch voor de familie voorbereid. Het is heerlijk om dit van de zijlijn te zien. De mensen worden opgevangen door de staff met een vochtig badstof handdoekje, er is kreeft met ketchup voor de kinderen, via de walkie talkie wordt er nog een fles soya besteld en per dingy gebracht. Ze hebben een "lol" ....., na een uurtje wordt het hele spul weer teruggebracht aan boord en drinkt een deel van de bemanning het restant van de fles bubbles leeg. Tja, je moet er wat voor over hebben.






Carriacou, PSV & Petit Martinique

12 t/m 18 december


De jarige Job in zijn element: wind en appeltaart.

Met een wisselende wind maken we de oversteek van Grenada naar Carriacou ( land omringt door riffen ). Aan de lijzijde van het eiland valt de wind weg, daar waar we dachten een vlotte oversteek te hebben. Even later aan de NW zijde van het eiland steekt de wind weer op samen met golven en dalen in de zee. We wisselen de genua voor het stagzeil en UnWind neemt het ongerief met plezier. Het is in de buurt van de onderwater vulkaan Kick'em Jenny, dus dat zal de oorzaak wel geweest zijn. We moeten hoog aan de wind blijven varen om Carriacou bezeild te houden en dat gaat prima. Voor ons zeilt een grote catamaran, waarbij dit niet lukt en dat geeft een goed gevoel (heeft zo'n catamaran toch gelukkig ook een nadeel). Hij moet op het laatst zijn motor aanzetten om hoogte houden en niet na ons binnen te komen. Catamarans zijn op dit moment razend populair en er valt eerlijk gezegd wat voor te zeggen. Ze zijn ruim, steken niet diep, varen rechtop en voordewind nog vlot ook. Waarom zijn er dan nog monohulls........ nou omdat (sommige) catamarans er gewoon niet uit zien. Het hebben van een boot is voor een groot deel emotie en niet alleen een platform om je te verplaatsen. Aangezien het voor heel veel mensen hier een tijdelijk onderkomen is, omdat ze hem huren, is die emotie niet aanwezig. Terwijl ik dit schrijf ploft er een anker naast ons van een (hele mooie) catamaran.......Mooi omdat het een grote is, een heel aparte kleur heeft en door zijn verhouding hoogte/lengte meer van een monohull weg heeft. Catamarans worden eleganter als ze langer zijn, maar dat vinden wij....
Het is 16.00 uur als het anker valt in Tyrrel Bay. Inmiddels is de "Nostress" een Breehorn 37, met Maarten en Thea aan boord, ook gearriveerd vanuit Grenada en vieren we 's avonds Niels zijn verjaardag. In de dagen dat we hier liggen wordt de vlag voor mijn gevoel per dag een stukje korter. De wind blaast voortdurend en het is onrustig in de baai. Mar's verjaardags kado -de Mini-B- komt direct van pas als er tijdens het spannen van de voorstag een onderdeel overboord ploept. We waren er nog zo op bedacht, maar in een onverwacht ogenblik hopt het zwarte onderdeeltje over boord. Terwijl Niels van bovenaf in het water aanwijzigingen geeft, zoekt Mar de bodem af. Lastig, want de boot zwaait achter het anker en de bodem is afgewisseld met zand en zeegras. Terwijl wij redelijk gestresst aan het zoeken zijn komt er een lokale visser langs met de mededeling dat er een kreeftenkorf onder onze boot moet liggen. Die hadden we zelf al gezien, want er hing een stuk touw aan tot net onder de waterlijn zonder boeitje en dreef erg dicht bij onze schroef. Niels had er al een stuk vanaf gesneden. Of we gelijk even die korf konden opduiken..... Ze zijn hier soms nogal dwingend ondanks hun "yeah man", maar dit kwam Niels even niet uit. Op een niet al te geduldige toon laat hij weten dat we eerst zelf even een probleem moeten oplossen. Met de laatste lucht in de fles vindt Mar uiteindelijk het onderdeel en wordt boven gekomen met gejuich door Niels ontvangen, maar met de aller allerlaatste lucht direct weer naar beneden gestuurd om een lijn op de korf te bevestigen om hem op te halen. Helaas was de korf leeg, anders hadden we het niet erg gevonden om kreeft als beloning te krijgen. Al met al wij blij omdat we het onderdeel hadden gevonden en de vissers met de korf.
Het eiland is klein genoeg om het per voet te doen of we pakken de maxi taxi als deze langskomt.


Een Xmas ballad, speciaal voor de "Dutch" sailors

Aan de noordoostkust Windward genaamd gaan we op zoek naar de scheepswerf, waar men nog -volgens de folders- originele houten boten zouden maken. Naast de nodige wrakken op het rif en een hoop oude rotzooi is er niets meer te vinden. We lopen terug en onze aandacht wordt getrokken door gitaar muziek en zang. Het zijn twee broers, die al de nodige rum punch achter de kiezen hebben. Ze zingen van Otis tot Bing, maar helemaal tekstvast zijn ze niet meer. Ze doen hun best voor ons en hopen waarschijnlijk ooit nog eens mee te doen met de Voice. Dat het over Kerst gaat is wel duidelijk en de pret is er niet minder om.


Vanaf Sandy Island wensen we iedereen fijne dagen en een heel goed 2014.

Op pad naar Petit Saint Vincent en Petit Martinique stoppen we bij Sandy Island. Dit eiland is onderdeel van een natuurgebied en er mag hier niet geankerd worden. Er zijn maar 3 mooringen en een ervan kunnen we oppikken. Op een knobbelig zeetje gaan we met de bijboot aan land voor een kerst fotoshoot. Zeker met de zon op het water is het een plaatje zoals in de vakantie brochures.



Eind van de middag ankeren we in 3 meter diep water achter PSV (Petit Saint Vincent). Een rif verbindt het eiland met Petit Martinique. PSV is een prive eiland met daarop een luxe vakantie resort. De gasten kunnen door een vlag in de mast te hijsen roomservice bestellen. Kan het nog gekker. De volgende dag gaan we in de bijboot tussen de buien door naar PM aan de overkant, waar we al snel uitgekeken zijn m.n. door het weer. Wanneer we terug zijn gaan anker op naar de volgende bestemming Union Island, net 5 mijl verderop. We kunnen nog heel even goed zeilen en klokken 8 knopen op alleen het voorzeil.

maandag 9 december 2013

Windward Islands: Grenada, Prickley Bay


                   


"Let's tief a chance", ook wel "We really should make the most of this opportunity". 
Dit is Limin' Talk, Limin is wat men hier in de Carrieb doet: no hurry, relax, chill & Lime. 

Het anker ligt inmiddels in het blauwe water van Prickley Bay en het is weer heerlijk om zonder nadenken het water in te kunnen duiken vanaf de boot. De tocht hierheen was goed bezeild, wel veel helling en af en toe een bak water over het dek. Natuurlijk ook net die ene golf, waar je niet op rekent, die via het open luik in het "dog house", ons verrast. Tja, zullen we het ooit leren? Dat wij en de kussens in de kuip nat worden ok, maar niet mijn Ipad........die is heilig verklaard.
De buren zijn veelal plakkers en blijven soms weken en/of maanden op dezelfde plek liggen. Ze hebben meestal al veel van de Carrieb gezien en kiezen een plek waar ze kunnen socialiseren met andere cruisers. Wij gaan er soms ook al aardig op lijken en we liggen hier ook al weer te lang. 


   De hoofdstad St. George vanaf het gevangenis complex op de heuvel.

Grenada, ook wel Spice Island genoemd, vormen tesamen met Carriacou en Petit Martinique een land. De bijnaam is te danken aan het feit dat zij naast Indonesie het op een na grootste eiland zijn, wat nootmuskaat produceert en exporteert. In de vlag komt dan ook een nootmuskaat voor. Het is hier groen, prachtige huizen aan de rand van de baai en de tuinen vol kleurige planten.
Om het eiland te zien nemen we de taxibusjes, ook hier is het een groot spel tussen de chauffeur en bijrijder. Muziek hard, de bijrijder leurt zijn klanten binnen en Alonso scheurt weer verder.....


Grenada met zijn kleurrijke bewoners.

Via het Cruisers net komen we aan een tweehands Mini B, dit is een rugzak compleet met duikfles. Een alternatief voor een Scuba set, maar handzamer en vooral voor onder de boot en om het anker op de bodem te bekijken. Het is als nieuw, alleen de fles moeten we opnieuw laten vullen. Inmiddels zit er verse lucht in en heeft Mar al onder de boot gezeten.
De dagen vliegen voorbij, ook de kalkoenen, die op deze manier Thanksgivings Day proberen te ontlopen. 
30 november is officieel de laatste dag van het Hurricane seizoen voor het Caraibisch gebied en tevens de eerste dag voor Mar als 50 plusser. De dag begint al goed als om 07.00 uur Harry en Ans voorbij komen. Zij zijn omgevaren voor Mar haar "feestje", dus de eerste gasten zijn d'r.... 
Onbewust of misschien wel bewust krijgt het een Zuid Afrikaans tintje, worteltjestaart bij de koffie, vonkelwijn bij de borrrel en het avondeten op de braai. Met een gezellig groepje cruisers vieren we Mar's verjaardag. Natuurlijk hadden we dit ook heel graag met vrienden en familie gevierd, maar ja als je over de wereld zwerft kun je niet verwachten dat men even langskomt voor een kop koffie of borrel.

               

                Saar

We lezen op 5 december het nieuws over Mandela, een groot man is heengegaan. Ook hier op Grenada wordt hij herinnert als een goed mens. Welliswaar niet helemaal onverwacht, maar het doet ons toch pijn en vinden het heel erg. Zuid Afrika is toch ons thuisland en mensen zoals Mandela horen niet te sterven. Het is zo jammer dat zijn opvolgers niet eenzelfde hart hebben en zijn idealen opvolgen. ZA zou nog mooier zijn dan het al is en haar bewoners zouden beter af zijn.

Zoals eerder gezegd, zijn wij hier ook alweer wat te lang. We hebben nog wat klusjes gedaan aan de boot, waar we op Trinidad niet aan toe waren gekomen. De afgelopen week hebben we meer van het eiland gezien. Maandag een lange wandeltocht gedaan langs de baaien in de buurt met als toegift een enorme bui. Zeiknat komen we aan bij Whisper Cove Marina, maar ze schenken gelukkig een lekkere Cappuccino. Het plan om terug een bus te nemen valt in het water, dus we moeten het hele stuk ook weer terug. Het is soms ook alles of niets bij ons.....
Voor dinsdag hadden we een eilandtoer geboekt met een minibusje. Niet altijd ons ding, maar je ziet zo wel veel van het eiland. De gids, Cutty, was ons aangeraden door anderen op basis van zijn uitgebreide kennis. 
Ook al heeft in 2004 hurricane Ivan hier huisgehouden, het eiland bloeit als van ouds. Je ziet oa. de nootmuskaatbomen, de cacaostruiken en zoveel andere specerijen die het eiland heeft. Al rijdend over het eiland laat Cutty ons de diverse kruiden en vruchten zien, ruiken en proeven. Via de Annandale watervallen en Grand Etang midden op het eiland, belanden we aan de oostkant. Hier vind je de Grenada chocolade fabriek, Belmont Estate en Rivers Antoine Rum.


De Grenada Chocolate factory, alles gaat nog met de hand, de cacaobonen zijn organisch en de apparatuur werkt op zonne-energie. De kreet "local is lekker", gaat hier zeker op!


Rivers Antoine Rum, een lokale rumfabriek, waar alles nog echt gaat zoals halverwege 1800. Hier wordt de ruwe rietsuikerstengels naar boven getransporteerd. De band wordt aangedreven door een watermolen. 

              

Het vuur wordt tot 250 gr. opgestookt waarbij de alcohol verdampt, via de zg "worm" condenseert en wordt opgevangen. Het alcoholpercentage is tussen de 70 & 85 %.

Onze tijd op Grenada zit erop. Donderdag, 12 december en Niels zijn verjaardag, vertrekken we naar Carriacou, 40 NM verderop. Er staat nu nog aardig wat wind en zijn er behoorlijke golven, maar de verwachting ziet er iets beter uit tot het weekend. We nemen de westkant van het eiland en varen dan langs de onderwater vulkaan "Kick' em Jenny" noordwest van Grenada. We zullen dan wel even een stukje ruwere zee en meer wind krijgen tussen deze eilanden, maar het is gelukkig niet ver. 

maandag 25 november 2013

De laatste dagen in Trinidad

Terwijl Trinidad zich opmaakt in kerstsfeer, bereiden wij onszelf voor om weer te vertrekken. Door allerlei redenen, waaronder de aanvraag van een visa, waarover later meer, liggen we hier alweer bijna een maand. Het begint dus weer te kriebelen.
Van het "to do" lijstje hebben we behoorlijk wat kunnen afstrepen. We hebben nu de luxe van een watermaker aan boord. Dit is een pomp, die via een membraam en diverse filters van zout water zoet water maakt. Dus geen gesjouw meer met jerrycans, heerlijk! De bimini is verlengd, afneembare zijflappen voor als het regent en een dektent boven de voorpunt, dit was een klusje voor Mar.
Als je wilt, zijn de avonden gevuld met de vele sociale activiteiten, pot lucks en BBQ's. Wat erg leuk is om de boten van vorige bestemmingen weer te zien. We kletsen lekker bij en met sommige wordt het contact alleen maar leuker en worden er plannen gemaakt om gedeeltes eventueel samen te varen.


Een blik vanuit de mast over de werf van Peake en de baai van Chaguaramas

Samen met een stel Nederlanders gaan we met de mannen van de Van Straelen een middag varen. Op dit ruim 30 meter ex-marine schip hoef je niet bang te zijn voor een aanval van de Venezulaanse piraten. Via het cruisers net was het bericht doorgekomen, dat een Amerikaans echtpaar, die op weg waren van Trinidad naar Venezuela, waren overvallen. Het nodige geweld en pistoolschoten waren daarbij aan te pas gekomen, maar gelukkig waren er geen doden gevallen. Het Amerikaans-Duits koppel was uiteraard enorm geschrokken. Ze voeren samen op met een andere boot, maar zij moesten afhaken i.v.m. hun lagere snelheid. Het verhaal geeft direct een bepaalde sfeer onder de zeilers, want nu komt het wel heel dichtbij. 

                         

                       Aan de trossen bij het afmeren


    Nostalgie.... Een oude order-telegraaf op de brug.


   Neerlands hoop in bange dagen......de tijdeijke bemanning.

We hebben een wijziging in ons vaarplan. Door de vele verhalen van andere zeilers hebben we het plan opgevat om eerst een deel van de oostkust van Amerika aan te doen, voordat we de Pacific in gaan. Dit betekent een extra jaar erbij, maar we hebben het in goed overleg met het thuisfront kunnen regelen. Dit extra jaar geeft ons dan meer tijd om in de Carrieb te varen, om dan vervolgens ergens in april 2014 richting Florida te gaan. We willen een deel van de Intra Coastal Waterways doen, met New York als einddoel.
In Trinidad is er de mogelijkheid om een visum voor de USA aan te vragen. Na een ochtend van invullen van de formulieren via het internet en het betalen van de legeskosten in Port of Spain, konden we een afspraak maken bij de ambassade. Het ging allemaal supersnel en binnen 8 dagen hadden we ons paspoort plus stempel weer terug. So America, here we come!

De laatste dagen op Trinidad huren we samen met Harry en Ans van de "Lion King" een auto. We slaan weer volop voorraad in, toppen de diesel op en hangen een dagje de toerist uit. Via Port of Spain gaan we richting Arima om daar de heuvels in te gaan. We belanden bij het Asa Wright Nature Centre, ooit een cacao en koffieplantage, maar nu een vogelconservatie. Vanaf de prachtige koloniale veranda kijk je uit over de Arima vallei en kun je van dichtbij de vele gekleurde vogels zien. Ook al regenen we weg tijdens de boswandeling, nemen we toch nog een "duik" in de clear water pool.


Een van de vele kolibries


Met een beetje fantasie is het net de cover van Queen "Bohemian Rhapsody"

Het is al laat in de middag als we weer wegrijden. De weg is vol haarspelbochten en gaten, de 18 kilometers richting het noorden duren ook erg lang. Het pad kronkelt en de avond valt. Via de noordkust komen we 2,5 uur later weer in Chaguaramas aan. Het was een heerlijk dagje. 
Zo komt aan alles weer een eind. We borrelen voor een laatste keer aan boord van de Lion King, nemen afscheid van de Van Straelen en op zaterdag na de koffie met appeltaart van Ans gaan we ankerop. Eerst nog een nachtje in Scotland Bay, waar we de bijboot opbergen, alles opruimen en zeevast zetten. Zondagmorgen vroeg zullen we vertrekken naar Prickley Bay, Grenada, zo'n 80 zeemijl noordwaarts.
Hier beginnen de zg. Windward Islands, waarvan Grenada het grootste eiland is.


donderdag 31 oktober 2013

Onderhoud in Trinidad

Inmiddels zitten de eerste 2 dagen op de wal er alweer op. De afgelopen week was het een druk heen en weer gevaar met de bijboot van onze ankerplek naar de diverse werven en bedrijven. 

Bij het rondtuffen zien we een ex-Marine schip met de Nederlandse driekleur en gaan erop af. Het blijkt de voormalige HMS van Straelen te zijn, nu in prive bezit. De eigenaren blijken 2 Rotterdamse broers te zijn, Ben en Ron en tesamen met een partner hebben zij de ex-mijnenveger gekocht. Het plan is na de nodige testvaarten de boot naar Nederland te varen en daar wordt ze helemaal van binnen gestript en vernieuwd. Ons "Marine bloed" kriebelt en we krijgen een toer door het schip. Het is leuk om de watervaste deuren met knevels te zien, de brug met de telegraaf, maar ook in het vooronder zijn de tampadjes (bedden) nog origineel. Het zijn gezellige gasten en we drinken regelmatig een biertje bij hen aan boord. Een prettig gevoel vindt Niels, nu hij op een Marine schip kan zitten zonder enige functie of verantwoordelijkheid. 

Elke dag om 08.00 uur is erop de marifoon een zg. cruisers net. Via deze manier worden de cruisers op de hoogte gehouden van nieuws en evenementen. Het is tevens een soort van marktplaats, dingen te koop of gratis af te halen. Op de zaterdag blijkt er een versmarkt in Port of Spain te zijn. Zodoende zitten we die zaterdagmorgen om 06.00 -wat niet meevalt- in een taxibusje. Volgens mij waren we niet de enige die bij moesten trekken, want het was erg rustig onderweg. De slogan: "op de markt is Uw gulden een daalder waard" gaat in Trinidad niet echt op. Het fruit en de groentes zijn behoorlijk aan de prijs, maar valt de prijs van de vis weer mee. Het vlees trekt ons niet en laten we voor wat het is. We zijn al van die zeikerds als het om vlees gaat en laten de koeiekoppen, varkensstaarten en andere onderdelen voor de liefhebber. De soep van de dag was "cow heel" soep. Als je het snel zegt, lijkt het een lekker Chinees soepje, maar dat was het dus niet....We houden het lekker bij de lokale fast food snack, "Doubles". Deze worden in kleine stalletjes verkocht. Het zijn 2 kleine pannekoeken met een vulling van kikkererwtencurrie, erg lekker, maar met je handen vol met spullen lastig om te eten.


Helaas geen marsepein......, want dan hadden ze een goede klant aan ons gehad. 

Op zondag zijn we samen met 010 de toerist uit gaan hangen.  Zij hebben een kennis Henry, afkomstig uit Singapore, en hij speelt onze gids. Zo zien we Port of Spain, de hoofdstad en de commerciele haven van Trinidad. Veel oude gebouwen gebouwd onder Engelse invloed, een heel modern theater wat wel wat weg heeft van het Opera House in Sydney, alleen uitgevoerd in glaswerk en staal. Gelukkig ook veel groen, een botanische tuin en velden waar kinderen kunnen sporten. Richting Chaguanas komen we terecht op een bazaar van de Hindoestaanse gemeenschap. Het is de maand van het Licht, officieel Divali en na bijna een maand vasten wordt het nu feest. Veel traditionele kleding te koop, lekker Indiaas eten, dus kaassie voor ons. We rijden nog verder richting San Fernando, halverwege het westelijk gedeelte van het eiland en gaan er de berg op. Weer een prachtig uitzicht richting Venezuela en Port of Spain.


                                       Port of Spain - Trinidad

Terugkomend op onze tijdelijke walplaatsing treffen we het niet met het weer. De maandagochtend verloopt soepel we gaan anker op en hangen om 10.00 uur in de hijsbanden. Alles wordt professioneel door de werf Peake aangepakt. De onderkant van de boot ziet er schoon uit, dankzij ons verblijf op het zoete water van de Surinamerivier. Met een hogedrukspuit wordt de onderkant nog een keer schoongespoten en daarna krijgen we onze plek op de kant. Niels sluit de walstroom aan en we kunnen weer onbeperkt stroom en water gebruiken. Het is weer even wennen aan het slapen op de wal, hier geen deining of verkoelend briesje. Daarvoor in de plaats krijgen we het gezoem van muggen en zijn er zandvlooien, dit keer is Niels de klos. We zijn het er over eens UnWind hoort in het water en wij eigenlijk ook. We hangen iets naar achteren met de boot, dus wordt het voeteneind weer hoofdeind.

De UnWind gaat uit het water in Chaquaramas en dus voor ons werk aan de winkel.

Door de vele regen is het net kamperen bij de boer. Het is een natte blubberbende rondom de boot. Je neemt een stap en gelijk zit je slipper vastgezogen. Je kan wachten op de fatale stap, die je met een rotklap tegen een van de stutten van de boot laat vallen.
Tussen de buien door proberen we zoveel mogelijk te doen. Het klussen op zich is niet erg. Je loopt lekker in oude zooi, waar je onbeperkt je handen aan af kan vegen. De grote ergenis is het wachten op mensen, die je altijd beloven vandaag nog te zullen komen. Zeker met dit weer komt er geen hond (lees leverancier) opdagen. Je bent dan ook alleen maar bezig mensen achter hun broek aan te jagen.
Soms kan een 15 meter schip behoorlijk klein zijn, maar met het schuren komt er geen eind aan. Alles moet met het handje, want natuurlijk hebben we allerlei gereedschap bij ons, maar geen vlakschuurmachine! Verhuren doen ze hier niet aan, want dan gooien ze hun eigen glazen in, met hun diensten. Na een hele dag onder de boot te hebben gewerkt kost het weinig moeite om als paarse Piet door het leven te gaan. Misschien leuk voor Nederland, waar de discussie over de "zwarte" zo hoog oplaait. 

woensdag 23 oktober 2013

Trinidad & Tobago

Gisteren op maandag 21 oktober aangekomen in Chaguaramas, Trinidad. We hebben hiervoor eerst 2 weken in Tobago rondgekuierd. De beide eilanden behoren tot 1 land, waarvan Tobago het kleine zusje is. De eilanden liggen boven de kust van Venezuela. Tobago is een langgerekt groen eiland, waar de noordoostkant hoog en heuvelachtig is. Hier ligt Charlotteville, letterlijk aan het eindstation van de bushalte. De baai is besloten en je kunt er heerlijk zwemmen en snorkelen. Het dorpje is eenvoudig en laid back. Het Rasta gehalte is er hoog en men maakt zich zeker niet druk. De vissers gaan met kleine open bootjes de zee op en de manier waarop gevist wordt noemen ze seine vissen. Aan beide kanten van de boot zitten bamboe "hengel" met daaraan een haak. That's it! Het kost alleen een hoop benzine voor de dikke motoren die er achterop zitten, maar die is gelukkig niet duur.


 Het dorpje Charlotteville aan The Man of War Bay in Tobago met links 
 Pirate Bay waar we voor anker lagen.

De bus, die om de 2 uur naar Scarborough rijdt, kronkelt via de bergachtige smalle weggetjes naar beneden richting het zuidwesten. In de hoofdstad is het een drukte van belang. De kleurrijke bevolking, waarvan de vrouwen met prachtige haarstukken of gevlochten kapsels, kunstwimpers en gell nagels lopen, hebben totaal geen gene om te laten zien wat ze in huis hebben. Ze persen zich in (te) kleine lycra topjes en stretchhhh spijkerbroeken. Ik krijg het al spaans benauwd als ik het zie. 
Cafe "Ciao" schenkt heerlijke echte Italiaanse koffie met ZA worteltjestaart, die we al zwetend er weer af lopen, als we het Fort van King George, wat natuurlijk op een heuvel ligt, bezoeken. Het is mooi onderhouden met een prachtig uitzicht.


               Fort King George, met Scarborough op de achtergrond

Eindelijk komt de monteur van Cummins voor onze generator langs. Een vrolijke gast, Freddy, die per vliegtuig van Trinidad naar Tobago (20 minuten vliegen) overkomt. Een leuke klus: vlucht, maaltijden, hotelovernachting en dan met de huurauto naar Charlotteville. Ik ben blij dat dit onder de garantie valt. Niels pikt hem 's morgens om 08.00 met de bijboot op. Hij vervangt het uitgesleten vliegwiel en na een uurtje draaien van de generator wordt deze weer gezond verklaard. Freddy zelf is nog nooit op Tobago geweest en hij biedt aan om met ons rond te rijden. We pakken dit keer de noordelijke route, daar waar de bus niet komt. Ook hier kronkelt de weg door het landschap, zoals we kennen van de Blauwkrans pas bij ons in Tsitsikamma. We rijden door dorpjes zoals Bloody Bay, Parlatuvier Bay, Englishman's Bay en Castara Bay. De een voor de ander plaatjes om te zien, maar soms vrijwel uitgestorven.


                            Bloody Bay - Tobago

We bieden Freddie een lunch aan en wij krijgen op onze beurt een cd die we -volgens hem- niet mogen missen in onze collectie. Het is lokale Soca muziek in kerstuitvoering...... Aan het eind van de dag vertrekt Freddy met het vliegtuig en wij pakken de bus terug naar C'Ville. Het is een drukte van belang bij de busterminal. Tientallen kinderen, in schooluniform, die ook weer naar huis moeten. De bus vertrekt 1,5 uur later dan de tijdtabel, maar niemand, behalve wij, die zich daar druk overmaakt. 


De lokale derby tussen C'Ville en Speyside. Elftallen gecombineerd met F-jes en A-spelers. Met name aan de zijlijn (ouders.....) ging het er fanatiek aan toe.

Ook al zijn Trinidad en Tobago hetzelfde land, we moeten toch weer uitklaren in Charlotteville om dan in Trinidad weer in te klaren. We gaan niet direct naar Trinidad, maar zeilen op zaterdag tussen de buien door naar Store Bay. Dit ligt aan de zuidwest kant van het eiland en een prima uitgangspunt om de oversteek van "maar" 60 zeemijl te maken. 


                     Zeilend passeren we de noordkant van Tobago.

We spenderen een heerlijke zondag bij Pigeon Point, wat uitkijkt over Buccoo Reef. We toppen er de laatste jerry cans met diesel op, want de diesel pomp in C'Ville was leeg, gek he!  


Het Buccoo rif op de achtergrond en pelikanen in het water, wat wil je nog meer.

Op maandagochtend gaat de wekker om 04.30 en we gaan richting Trinidad. Het is nog donker en het weer is buiig, waar we op het juiste moment gebruik van maken om mee te liften met de wind van achteren. De TT Spirit, de fast ferry vanuit Tobago naar Trinidad komt met 35 knopen voorbijgesneld. Deze "doet" de afstand Tobago-Trinidad in 2,5 uur, de SY UnWind 11 uur. Ach, wij hebben de tijd. Niels gebruikt de overtocht om het RVS te poetsen en alles glimt weer als een spiegel en ik ben heeeeel druk bezig met de navigatie en sta/lig op de uitkijk.
Chaguaramas op Trinidad ligt aan de baai van Paria en je ziet aan de overkant Venezuela liggen. Het is hier een drukte van belang met ferries, tankers, vissers en jachten. Het is ook een noodzakelijk kwaad dat we deze plaats aandoen. Het is n.l. de uitgelezen plek voor onderhoud en alles wat daarbij komt kijken. We hebben een afspraak voor 28 oktober bij Peake, een van de vele werven hier. We zetten onze UnWind voor een week op de kant, zodat zij dit keer kan uitrusten. Het wordt dan wel weer werken voor ons. We gaan de aluminium romp poetsen met WC eend.....(tip bouwer) en de onderkant krijgt weer 2 nieuwe lagen antifouling (aangroeiwerende verf). Niels heeft de nodige dingen besteld via email en nu maar hopen dat alles er ook is. Vandaag de nodige bedrijven afgelopen en afspraken opnieuw bevestigd. Het "te doen" lijstje is alweer behoorlijk gegroeid, maar er zitten ook allerlei verbeteringen bij, die we in de loop van onze trip hebben opgespaard. Morgen halen we de zeilen eraf en brengen deze naar de zeilmaker. We willen een extra rif in het grootzeil laten maken en hopen dat de spinaker (gekleurde voorzeil) nu echt afdoende wordt gemaakt. De meesten cruisers hier hebben een "laten doen" lijstje. Ze leggen de boot op de wal en gaan voor een tijdje terug naar hun land/familie en (hopen) dat alles is gedaan als ze terugkomen. De praktijk bewijst dat het zo niet altijd werkt.











vrijdag 18 oktober 2013

Een dag uit een cruisersleven

Je hebt zo van die dagen dat alles van een leie dakje gaat. 
Voor het ontbijt baantjes trekken rondom de boot. Honderden kleine vissen zwemmen met je mee en onder de kiel hangen er wat stoere Geepe koppen op de loer voor een lekkere snack.
We hebben koffie met roze koeken en brood met oude kaas. 
We krijgen van Patrick en Marie ( buurboot Skoiern) een kam "hand pikt" bananen en avocado's. 

                    

Via internet dan eindelijk, na veel heen en weer gemail, bericht dat het kapotte onderdeel van de boegschroef wordt opgestuurd.


 De lokale "bjoeties" poseren maar wat graag!

De dieselprijs is hier van voor de oorlog en zo goedkoop hebben we het nog niet gehad. TTD 1.50 of R2.40 of €0.20. Zo vul je je tank met veel plezier en kopen we 2 extra jerrycans als voorraad, maar eerlijk gezegd dan worden we toch "genaaid" met de benzine- en dieselprijzen, die je elders of in Nederland betaald. Niet te lang bij nadenken.
Bij de lokale visafslag luidt de "conch shell", er is weer verse vis. Alles wat je hier koopt: groente, fruit of vis gaat per pong of te wel een pondje. Zo kan het zijn dat je de ene keer een pong uien koopt en 4 stuks krijgt en de volgende keer bestaat de pong uit 7 uien. 
We hebben die dag lekker een pong tonijn en eten we die avond tonijntartaar met gember dressing. 
Nu heb ik van huis uit mee gekregen "prijs de dag niet voor die voorbij is". Het is weer een waarheid als een koe, want ook al is het dan de volgende dag krijgen we opeens de dieseldop van de boot niet meer open. Hier wordt Niels dus helemaal ziek van, zonder enige aanleiding zit de dop muur en muurvast. Er moet een hamer aan de pas komen en we verkl.ten een lierhandel, maar dan eindelijk is de dop los. Weliswaar los, maar het schroefdraad kapot. Kortom, zo heeft Niels iets van zijn "to do list" kunnen schrappen, komt er weer wat anders voor in de plaats. 
Dit is andere kant van het cruisers leven, maar zeker niet alleen bij ons. Je krijgt echt de indruk dat iedere cruiser constant alles aan het repareren is of problemen aan het oplossen is. Of het helemaal waar is of dat het een excuus is om het "niets doen" te camoufleren laten we maar in het midden.



woensdag 9 oktober 2013

Richting de Caribbean

De misthoorn van de Southern Cross klinkt over het water als we op dierendag vrijdagochtend 4 oktober de ankerplek van Domburg verlaten. We worden uitgezwaaid door Mieke en George en het getoeter bij vertrek maakt het speciaal. Het was een heerlijke en ontspannen tijd in Suriname. De plek op de rivier waar we lagen, de mensen die we hebben leren kennen en natuurlijk het eten. Het weggaan en afscheid nemen, waar je altijd over leest, is nu een feit en valt zwaarder dan we dachten. Het is vreemd, we kiezen ervoor om steeds te verplaatsen en toch hecht je je na een tijdje aan mensen en omgeving. Het is daarom ook niet verwonderlijk dat er vrij veel cruisers hier blijven steken, hetzij omdat de oversteek vanuit Europa en het cruisen hen tegenvalt of omdat ze op het einde zijn van hun cruisers avontuur en niet terug willen/kunnen naar "huis". Het geeft in ieder geval altijd veel gesprekstof bij de Parbo borrel.


Op de laatste avond geven we Huib een aandenken voor het Domburg zeilershonk. 
We hopen dat dit navolging zal krijgen van andere zeilers. De Euro munten op het bord zijn Huib's eerste verdiensten van de pas gelegde boeien.

Met de stroom in de kont zijn we ruim 3 uur later weer bij de monding van de Surinamerivier en koersen we richting open zee. We moeten echter toch nog snel de kiel ophalen in de vaargeul, want de dieptemeter dropt snel naar 3,5 meter. Er staat een lekkere wind en gaan we het eerste stuk aan de wind richting Tobago, een tocht van zo'n 475 zeemijl. We klokken een etmaal later 185 mijl op de teller en als het zo doorgaat berekenen we, zijn we er binnen een "poep en een scheet"! Mooi niet dus. Op zaterdagmiddag laat de wind ons in de steek en moeten we het doen met 3 knopen wind. Dit schiet dus helemaal niet op en gaat de motor bij. 
Sinds Suriname hebben we een probleem met de generator. Het zg. vliegwiel voor de waterpomp is compleet uitgesleten en nadat Niels contact heeft gehad met Cummins, wordt ons beloofd het onderdeel te vervangen. Gevalletje garantie! Hun plan is om iemand van Trinidad naar Suriname te laten vliegen om dan het onderdeel te vervangen!! Niels stelt voor dat het onderdeel wordt opgestuurd en dan zelf te installeren, hij heeft het er tenslotte ook uit moeten halen, maar dit wordt weggewuifd. Al met al zijn alle vluchten vol en nu is het plan dat het op Tobago wordt geregeld.
Inmiddels is het bruine water veranderd in diepgroene kleur en dagelijks hebben we bezoek van dolfijnen. Het is warm en zweterig, maar we koelen af met zeewater. De nachten zijn vol met sterren en als we dichterbij Tobago komen we in de scheepvaartroute en wordt het ook drukker met de grote schepen. Iets meer opletten dus. De wind trekt aan en we gaan weer als een speer. We rekenen uit dat we in ieder geval overdag aan komen. Het gaat echter zo snel dat we al op maandagochtend het groene eiland in de verte zien liggen: "land in zicht".... We willen naar Charlotteville en om hier te komen kun je boven langs de Melville Islands of je neemt de zg. "short cut". Je vaart dan tussen Tobago met Pointed Rock als uitstupsel en de Melville en St. Giles islands. We gaan voor het laatste. Het blijft altijd spannend, wat doet de stroming, drift, wind en .......rotsen. Alles verloopt prima en met een gecontroleerde gijp, maken we de laatste slag en zeilen we naar de "Man of War Bay". Hier aan ligt het plaatsje Charlotteville en valt het anker in 16 meter diep water. We zien de Skoiern (Franse boot, die we in Brazilie en Suriname ook zijn tegengekomen) weer. 
Nu is het zaak om ons binnen 2 uur te melden bij de authoriteiten. Zo heeft elk land zijn regels en zullen we ons daar aan moeten schikken. Inmiddels zijn we een geolied team bij aankomst en is alles zo aan de kant en bijboot weer in het water. Haren in de plooi en met lange broek staan we even later weer zwaaiend op de wal. Het inklaren kost hier geld, maar dat trek je ook hier uit de muur. Alles zit lekker dicht bij elkaar, wat kan het leven soms eenvoudig zijn. 
Inmiddels is het alweer dinsdag, klokje rondgeslapen en wat we voor de rest gaan doen moeten we nog uitzoeken. Een ding is zeker, we nemen voor het eerst een duik in the Caribbean Sea!


De Tobago/Trinidad Pilot beschrijft de passage noord van Tobago als volgt: "There is plenty of water between St.Giles Islands and Pointed Rock, but the presence of a nasty sunken rock in the middle of the fairly narrow channel makes it challenging".
Het was zeker uitdagend en we kregen ook een flinke swieper van achter, maar uiteindelijk goed te doen.


"London Bridge" net na de lastige passage noord van Tobago. De zee is direct weer rustig.

zaterdag 28 september 2013

Zweet, Zadelpijn en Zilte wereld

We liggen nog steeds op de Surinamerivier en we worden bijna dorpsgenoten van Domburg. Vrijwel elke doordeweekse avond drinken we met enkele hier gevestigde Nederlanders en mede cruisers een Parbo biertje. 
We krijgen incognito, vermomd met haarkapje en oranje jas, een rondleiding bij de "vissers". Dit zijn Nederlanders, die hier 5 Hollandse kotters hebben varen en de gevangen vis naar diverse landen exporteren. Zo maken ze voor de Japanse markt Surimi. Het is erg leuk om te zien wat er met de 'Wit Wittie' (de vis die gebruikt wordt) gebeurd en het hele proces van vis tot eindproduct te volgen en te proeven.
Een enthousiaste Nederlandse ondernemer is hier uit hobby een marina in spe begonnen met diverse faciliteiten voor de passerende zeilers. Het is een uitstekende lokatie zo aan het water en er worden tips en ervaringen gedeeld. Ook wordt er natuurlijk over Nederland en Suriname geroddeld, zoals we dat in Zuid Afrika ook doen. Alle aspecten zoals de politiek, criminaliteit, culturele verschillen, het Koningshuis en Prinsjesdag passeren de revue. 
Afgelopen dindag zijn er 12 boeien in de rivier gedropt, waar je met je boot aan kunt liggen. Dit is een hele verbetering, omdat het hier behoorlijk kan stromen en er al een paar boten van het anker zijn afgeslagen en op drift zijn geraakt. Het is ook fijn wanneer je voor enkele dagen weggaat of zoals sommigen teruggaan naar Nederland. 


De boeien worden gelegd in de rivier. Op de achtergrond onder het blauwe dak, zitten we dagelijks aan de borrel.

                      

De boeien bestaan uit een blok beton aan een staaldraad en ketting. Een hele verbetering.

We hebben voor een week fietsen gehuurd en via Paramaribo de rivier overgestoken met een korjaal. Je belandt dan in het district Commewijne, waar de bevolking voor een groot deel van Javaanse of Hindoestaanse afkomst is. Het is leuk om zo de verschillen in cultuur te zien. Zo zijn de erfen van de Javaan vol met planten en bloemen en de Hindoestaan heeft een aangeharkt erf met vaandels aan bamboestokken. Commewijne district heeft het fort Nieuw Amsterdam en de voormalige koffieplantages. Het landschap zelf is net Nederland met zijn polderweggetjes, alleen er zijn een paar grote verschillen: fietsen aan de linkerkant, temperatuur dik boven de 30 graden en geen knotwilgen, maar bananenbomen langs de kant van de weg. 
Ook fietsen we verder het district Para in, waar Domburg in ligt. Al met al fietsen we elke keer dik 60 km, dus eindelijk weer eens het luie en vele zweet eruit fietsen en dit gaat heeeel gemakkelijk met deze temperaturen. 

  
De opening aan de overkant is de ingang vanuit zee naar de Commewijne rivier en de Suriname rivier


We steken met onze fietsen op een traditionele korjaal de Suriname rivier over


Als een echte kaaskop op de fiets.

Eerst wilden we nog een paar dagen de jungle in, maar hebben daar van afgezien. Na wat meer informatie te hebben ingewonnen en onze tocht naar Brownsberg realiseren we ons dat waar we zelf wonen ook prachtig bos (jungle, zoals ze dat hier noemen) is en we onder een waterval kunnen staan. De tours zijn vaak erg commercieel, maar komende met vakantie vanuit Nederland is het natuurlijk wel een avontuurlijke trip. Ook vonden we de prijs die ze voor een 4 daagse tocht rekenen een beetje buiten proporties. Overigens zijn de blanke toeristen die je hier ziet vrijwel uitsluitend Nederlanders.
We genieten hier ook nog steeds van de Nederlandse producten en hebben ook aardig wat voorraad ingeslagen voor nu en de komende tijd. Wellicht op St. Maarten en bij de ABC eilanden zal dit nog kunnen, maar daarna is het over. 

Een beetje laat, maar we staan met een artikel in het Nederlands digitale tijdschrift de Zilte Wereld! De directe link is www.ziltmagazine.com en het editienummer is 89, pagina 125.



Kaapstad, daar waar het ooit begon.

dinsdag 17 september 2013

City life of Domburg

Op het moment is het met de boot tobbedansen op de Surinamerivier. Er staat een hoop wind en dit samen met de tegenover gestelde stroming maakt dat elke boot als een drol in een pispot rondgaat. Op de 10 meter diepe ankerplek heeft elke boot gemiddeld 50 a 60 meter ketting uitstaan en dit houdt in dat je draaicirkel erg groot is. Helemaal met de kentering is het op sommige momenten net alsof je naar elkaar toevaart en zo lig je voor je gevoel weer midden op de rivier. 
Inmiddels is het dorp Domburg alweer een week onze woonplaats en kennen we de "klappen van de lokale zweep". Zo valt er standaard een bui aan het einde van de middag, is de gemiddelde temperatuur overdag 33 graden, is Parbo bier de nationale drank en zijn parkietjes de grote liefde van de mannelijke Surinamer. City life hier bestaat uit 3 Chinese supermarkten, 2 groente stallen, politiebureau, een dokter, benzinepomp, ATM, internet cafe en het zg. Waterfront van zo'n 30 meter waar alles gebeurt. In het weekeinde is het een drukte van belang met de lokale bevolking, die hier komt uitwaaien. Er zijn diverse Javaanse warungs (eetcafes), waar je lekker nasi, bami en andere dingen kunt eten. Er is ook patat, Mora kroketten en bitterballen, wat een feest! De mensen zijn ontzettend vriendelijk en altijd in voor een praatje en ja, lekker in het Nederlands!


Plantage Laarwijk, aan de overkant van het water van Domburg, met een traditionale Korjaal op de achtergrond

                 

Warung "Domburg", op dit moment onze favoriet. We eten er nasi goreng, zoute soep (saoto) en het roze goedje is dawet ( Javaanse drankje op kokos basis).

Doordeweeks vind je aan het eind van de dag een groep Nederlanders, een bonte mix van zeilers, ex-zeilers en bakra's (andere naam voor Nederlanders), die hier aan land wonen. De een is blijven hangen na een zeilend leven en anderen hebben nog lopende bedrijven of zijn met (vervroegd) pensioen.
Een van de Nederlanders heeft het initiatief opgepakt om hier een kleine marina ( Huibs Habour) te maken. Inmiddels is er een overkapping met terras gemaakt, toiletgebouw is in aanbouw en een drijvend ponton voor de bijboten zit in een container, die onderweg vanuit Nederland is. Nu had het op 1 september al klaar moeten zijn, maar hier duurt het allemaal wat langer. Het zal een hele verbetering zijn, want op het moment is het armoe zonder dit soort luxe. We douchen wel aan boord, maar met 'min min' water, aangezien je het zelf met je jerrytanken weer moet aanvullen. Het water halen is bij een klein kraantje, waar de druk niet al te hoog is, dus duurt het even. We hebben geen klachtes, want er is tenminste water...  Het plan is om volgende week mooring boeien uit te zetten.  

Inmiddels ook Paramaribo in vogelvlucht bezocht. We krijgen samen met een Spanjaard en een Frans echtpaar, die ook in de rivier liggen een lift van Mieke. Zij woont met haar man op een motorboot en is een echte ambassadeur voor Suriname. De een moest stempelen en de anderen uitchecken bij de Vreemdelingen Politie. Al het officiele gebeuren gaat hier gemoedelijk en we zijn snel klaar. We hebben sinds tijden een echte tompouce bij de koffie en worden door Mieke de stad doorgereden. Zo zien we een Blokker en andere bekende winkels. Alle grote supermarkten zijn eigendom van de Chinezen, maar ze hebben wel Hollandse spullen. We hebben een kar vol snaai: roze- en gevulde koeken, ontbijtkoek, beschuit en er is volop keuze uit vleeswaren en echt bruin brood. Een keer raden wat er die avond op het menu staat. Rundervinken, bloemkool en aardappelen. 

Doordat ik niet zo snel ben met deze blog zijn we ondertussen al een tweede keer naar Paramaribo geweest. Nu om de toerist uit te hangen. We zien "het witte huis" waar Desi Bouterse woont, deze kijkt uit over de Surinamerivier. Dit schijnt ook de reden te zijn, dat er geen jachten meer op deze plek in de Surinamerivier mogen liggen, want meneer de President schijnt niet zo van de Nederlandse vlag te houden...... Het centrum is werelderfgoed, maar er moet nog een hoop gebeuren. Suriname is door het roemruchte verleden een grote smeltkroes van verschillende culturen. De vele geloven gaan prima samen, zo zie je in de Keizerstraat een moskee met als buren een Joodse synagoge. 

                           

Het centrum van Paramaribo met zijn traditionele huizen is UNESCO werelderfgoed.


Heeft nog een likje verf nodig, maar dan zal het resultaat weer prachtig zijn.

                            

Koningin Wilhelmina voor het Fort Zeelandia. Het fort heeft een roerig verleden achter zich, met als de meest recente gebeurtenis de decembermoorden.


De Surinamerivier met in de verte de Wijdenboschbrug 

We bezoeken Brownsberg, dit is een natuurgebied zo'n 3 uur rijden vanaf Paramaribo. Je rijdt via de "high way" door de districten Para en Brokopondo om er te komen. Onderweg passeren we het sportcomplex van Clarence Seedorf. Door dit initiatief hoopt hij de jonge generatie voetballers te motiveren en een kans te geven. In het gebied waar we rijden wordt ook nog naar goud gezocht. Ze gebruiken hier kwik voor, dus helaas niet de meest milieuvriendelijk manier. 
Vanaf de berg zie je het Brokopondo stuwmeer, wat in de jaren 60 is aangelegd. Hierdoor kwamen de Marrondorpen -gelegen in het dal- onderwater te liggen. Voor deze bevolking werden dan weer op de hoger gelegen oevers dorpjes gebouwd. In het meer wat ontstond, vind je nog steeds deels intacte houten gebouwen.


De dorpjes, die verplaatst zijn naar hoger gelegen delen. 

Het gebied lijkt qua begroeiing op Brazilie en Zuid Afrika. We horen in de tropische bossen de brulapen en de baardsaki's. De vogel, met als bijnaam "de bospolitie", ik ben de Latijnse naam vergeten, waarschuwt de rest van de vogels als we in de bossen richting de Leo Val (waterval) lopen. Het is heerlijk om -net als in de ouderwetse "FA" reclame- onder de stralen van de waterval te staan. Onze gids Boykie (zo heet onze kat thuis ook....) weet met veel humor een hoop te vertellen.


Het Brokopondomeer, ook wel W.J. van Blommesteinmeer, op de achtergrond.