woensdag 31 oktober 2018

Durban

30 pktober 2018


Een mooi voorbeeld van een weersituatie waar de Zuid Afrikaanse kust berucht om is. 
De heersende noordoostenwind, dan een windstilte en pats, daar is de zuidwester met 30+ winden. 

We ervaren het in de marina. Vanuit het ZW zien we een band van bewolking aankomen en in een mum van tijd draait de wind en giert deze door het wand. We meten uitschieters van 45 knopen en zijn blij dat we goed vastliggen. De drijvende steigers met de verroeste klampen geven niet echt veel vertrouwen, maar veel keuze is er niet. Vorig jaar is er rond deze tijd een hevige storm geweest, waarbij een cargo schip is losgeslagen en de haveningang blokkeerde. In de marina was het havoc met veel schade aan boten, doordat een deel van de jetties losliet. Hopelijk komt het dit keer niet zo ver.

dinsdag 30 oktober 2018

Bazaruto en weer verder richting ZA

De vrijdag is stukke vriendelijker, de bijboot gaat eruit en we gaan de wal op, wat officieel niet mag omdat we niet ingeklaard zijn. Wel hangt de vlag van Mozambique in het want, zelf snel gemaakt, want nu ook weer volgens de verhalen, willen ze wel dat je hun vlag draagt.
Er is een potluck op het strand ter ere van de Amerikaan, Dustin, die 10 jaar geleden een zwaar ongeluk overleefde, waarbij zijn linkerarm en been geamputeerd moesten worden. Hij zeilt nu solo rond de wereld en wil deze dag met de andere zeilers vieren. De lokale bevolking met heel veel kinderen zijn ook van de partij. Ze vinden het prachtig om gefotografeerd te worden.
Zaterdag wordt in de vroege ochtend de onderkant van de boot nogmaals met behulp van de duikflessen schoongemaakt. Er staat een behoorlijke stroming en ik ben ook blij als het erop zit. Nog even naar de wal om de benen te strekken, we hebben 2 tassen vol kleding en spullen voor de lagere school, waar we de onderwijzers Evo en A...? ontmoeten. De 450 leerlingen zijn verdeeld over 8 lokalen. De groepen 1-4 krijgen 's morgens les en de hogere groepen in de middag. Samen lopen we nog over een deel van het langgerekte eiland, er zijn 2 kerken, lees rondavels, en er is een nieuw stenen ziekenhuis in de maak.


Zodra we terug aan boord zijn bergen we de bijboot op en maken ons klaar voor het slechte weer. De ankerplek waar we liggen valt onder een marine park en we krijgen bezoek van de parkwachters, die de fee komen incasseren. Aan het eind van de middag is de wind al boven de 25 knopen. De nacht verloopt zonder incidenten en de meeste wind, 34 knopen, hebben we zondags overdag. We klussen wat, kijken films, de vriezer wordt schoongemaakt en samen met de koelkast wordt deze allengs leger en leger. We eten de boot leeg, wat ook de bedoeling is, want we zijn bijna thuis!
De nacht is een stuk onrustiger, omdat de wind meer uit de zuidzuidwest hoek komt en we dolen van de voorpunt naar de salon en weer terug. Dit keer is de oordop geen uitkomst en slapen we slecht.
Op maandag zakt de wind in tot 15-22 knopen en komt er wat rust. Dat kan niet gezegd worden van de marifoon. Nu de ergste wind over is, bekijkt iedereen het weer voor een eventuele opening om te vertrekken en met 18 boten op de ankerplek geeft dit genoeg stof tot praten. 
Vanaf dinsdag 23 oktober lijkt het mogelijk om te vertrekken. We besluiten om op woensdag te gaan, in de hoop dat de zee dan minder ruw zal zijn, want de eerste 170 Nm zullen aan de wind zijn. Een boot vertrekt op dinsdag via de noordpas. Ze moeten eerst 50 Nm oost uit, voordat ze de slag naar het zuiden kunnen maken. We horen later via het radionet dat het geen "walk in the park" is, maar het is te doen. 



De woensdag 24 oktober wordt een soort van D-day. Alle boten, 25 stuks, pakken de kans om te vertrekken. Iedereen kiest ervoor om via de zuidpas te vertrekken, het grote voordeel via deze route is dat je 15 Nm zuidelijker de zee op gaat, klein detail is een ondiepte tussen de banken waar je overheen moet. Geen probleem met onze lifting keel, alleen net voor de uitgang naar zee is nog een drempel van 4 meter. We willen onze kiel dan al beneden hebben. Het is HW springtij, dus er zou genoeg water moeten staan, maar het blijft altijd spannend. Veel stroming, de deining die stuk slaat op het rif, maar iedereen komt er zonder problemen doorheen. 
Ook wij moeten eerst een slag naar het oosten maken, maar onze UnWind zeilt goed aan de wind en na een uur kunnen we overstag en zeilen we hoog aan de wind de koers van 180 graden. De meeste boten motor zeilen en hebben hier weinig moeite mee. Ik ben altijd blij als de motor uit kan.
We hebben een prima eerste nacht onder een volle maan. Oké, het is af en toe een paaltje pikken, maar we gaan lekker en zonder een extra slag te maken kunnen we onze koers vervolgen. Soms hoor je een geluid, wat achteraf vliegende vissen blijken te zijn. Ze worden gelanceerd en maken hun vlucht via de ramen en bimini . Het is een bende van lijken en visschubben op het dek.

Donderdag 25 oktober

Overdag zakt de wind in, maar we kunnen de zeilen volhouden en doen gemiddeld 5 knopen. Hetzelfde scenario voor de tweede avond en nacht. De wind pikt weer op met nu het grote voordeel dat hij gekrompen is en we halve wind kunnen varen. De boot ligt prima op het grootzeil en code O. Inmiddels liggen we voorop, adel verplicht als de snelste boot van de vloot......., alleen met motoren verliezen we het. Velen schromen er niet voor om met 7 - 8 knopen op hun doel af te gaan. 

Vrijdag 26 oktober

Het is motoren geblazen van 6 uur 's morgens, de wind kan niet bepalen welke richting en snelheid hij wilt blazen, een klein hogedrukgebied veroorzaakt dit. Met een lichte deining en blauwe lucht is het moeilijk voor te stellen dat een week geleden hier een zware storm over heen kwam. Na 10 uur op de brommert, kunnen we weer zeilen. Op het radionet horen we dat iedereen nog verschillende windrichting en snelheden meet. 
Tijdens mijn wacht op de late avond zie ik opeens 4 AIS contacten. Terwijl wij onder zeil een kleine 5 knopen lopen, komen zij motor zeilend met 7+ voorbij. Ik ben helemaal gefrusteerd, gaat onze "winst". Gelukkig houdt mijn schipper zijn hoofd koel en blijven we zeilen. Gelukkig voor ons pikt later de wind nog wat meer op en maken we meer snelheid. 
De irritatie zit hem in het feit, dat je weet dat er 25 boten in Richards Bay moeten aankomen en allemaal een plek willen hebben. Zelf hebben we een andere plan in het gedachten. Zoals het er nu uitziet blijft het weerraam zodanig, dat ook Durban haalbaar is. Dit is zo'n 80 Nm verder en zijn we direct een stukje verder langs de ZA kust.

Zaterdag 27 oktober.

Weer een blauwe lucht en we zien na 6 jaar de Zuid Afrikaanse kust vanaf het water! De wind komt nu vanuit het noordwesten met 8 knopen en door de vlakke zee maken we 7-8 knopen snelheid. Als we dit kunnen houden zou fantastisch zijn, maar we juichen te vroeg, want de wind gaat verder krimpen en komt nu uit het zuiden, onze richting. Via de marifoon ontvangen we Cape Town radio met het weerbericht. We bellen met de marina van Durban, maar zij kunnen nog geen plek aanwijzen. Geadviseerd wordt om voor anker te gaan en op maandag naar het kantoor te komen. Niet ideaal, aangezien zondagmiddag de wind gaat aan trekken en een nieuw front over gaat overkomen.

                           

Neptunus krijgt uiteindelijk medelijden met Niels, na dagenlang de vislijn achter de boot te hebben gehad en de nodige lures die verloren zijn gegaan, zit er een grote Mahi Mahi aan de lijn. Het is een behoorlijk gevecht om hem binnen te krijgen en dan nog het schoonmaken!
Aan het eind van de middag passeren we Richards Bay, buitengaats ligt de grote scheepvaart voor anker. De eerste zeilboten zijn inmiddels aangekomen, wat zullen ze blij zijn dat ze de Indische oceaan achter zich hebben. We gaan een kalme nacht in, de Agulhas current geeft ons anderhalve knoop mee, Durban nog 70 Nm te gaan.

Zondag 28 oktober

Bij daglicht zien we Durban langzaam te voorschijn komen, de hoge flats en het voetbalstadion Moses Mabhida genaamd. Port control wordt aangeroepen, we moeten wachten op een vrachtschip wat door het kanaal naar buiten komt. Dan mogen we door, het is een drukte van belang met scheepvaart. In de binnenkom is een zeilwedstrijd aan de gang. Hokulea, een catamaran, die voor ons was heeft via ene Leon, een Zuid Afrikaner, ligplaatsen kunnen regelen. Bij de aanloop van de ligplaats lopen we vast in de modder/zand, waterdiepte is 3.00 meter en niet de 4 meter kaartdiepte. Niels slaat achteruit en ik doe snel de kiel omhoog. Er staat aardig wat stroming en ook de wind is opgepikt. Niet ideaal, want met de kiel op is de boot behoorlijk gevoelig voor drift en daarnaast werkt de boegschroef niet. De laatste is de slechtste investering ooit, in alle 6 jaar heeft het ding misschien een half uur gewerkt. Nogmaals benaderen we de ligplaats en Niels prikt de boot er prima in. Eric, "Hokulea" en Leon nemen de lijnen aan, wat altijd erg prettig is in dit soort situaties. 
Dan na bijna 6 jaar zijn we weer "thuis", nog niet helemaal rond de wereld, want dat zal in of Simonstown of Kaapstad het geval zijn. We trekken een fles met vonkelwijn open, die hebben we wel verdiend! Achter ons komen nog 3 boten aan, voor allemaal is een plekje in de druk bezette marina. Achteraf een prima timing, want het blijkt dat de Oyster ralley hier verwacht wordt, maar door het slechte weer liggen de meesten nog in Reunion in afwachting van beter weer.



Naar de overkant

13 oktober 2018

Ja, daar gaan we dan! De oversteek naar de Afrikaanse kust, de schippers zijn het er nog niet over eens: met tussenstop langs de kust van Mozambique of is dit het perfecte weerraam om in één keer naar Richards Bay, Zuid Afrika te kunnen gaan. Niels nodigt de boten om ons heen uit aan boord. Wij hebben sateliet ontvangst en kunnen daardoor eenvoudig de weerkaarten ontvangen. Het resultaat is dat enkele vanavond al vertrekken en wij vinden morgenochtend vroeg genoeg. 2 andere Franse boten besluiten te blijven, maar we horen later dat ze toch een dag later met 2 andere boten zijn vertrokken.
We verbazen ons, want vlak achter ons zit een front met 20 à 25 knopen wind op de neus, waar zij dus in gaan komen.

Vanmorgen dus om 5 uur zijn we anker op gegaan en hebben Baly Bay verlaten. De uitgang naar zee is 8 Nm, dus met motoren kunnen direct de accu's worden geladen. Het was gelukkig een rustige nacht op de ankerplaats, alleen tijdens de avond hadden we met de inkomende deining en uitgaande tij het geklots weer tegen de achterkant. 
Antares is rond middernacht vertrokken, maar Max gaat gelijk met ons anker op. Eenmaal op open zee  gaan we pal voor het laken met de Code O en de uitgeboomde genua. De wind is niet veel, maar dat geldt ook voor de deining , dus maken we toch nog 6 knopen snelheid. Tegen twaalven krimpt de wind en wordt de genua door het grootzeil vervangen. Het is een prachtige zeildag. De stroming is zoals verwacht nog een beetje tegen, maar dat gaat volgende de RTOFS (real time ocean forecast) kaart, die we dagelijks downloaden (hopelijk) veranderen.
De routine is weer terug aan boord: het diner wordt vroeg in de middag geserveerd en om 17.00 checken we in op het Indian Ocean Crossing radio net. Daarnaast hebben we radio contact met Max en Antares en blijven zodoende op de hoogte over elkaars wel en wee.
Aan het eind van de middag zijn we ter hoogte van Cap d'Andre en verlaten daarmee Madagascar. De noordoosten wind is gekrompen naar noordwest en met de voorliggende koers van 265 graden zeilen we aan de wind. Rond 23.00 zakt de bootsnelheid beneden de 4 knopen en wordt de motor gestart.

Zondag 14 oktober

Gelukkig duurt de dip in windsterkte niet lang en om 00.30 gaat de motor alweer uit, net genoeg om de batterijen weer op te laden. De wind pikt op tot 10 knopen en als Niels om 04.00 uur op dienst komt wisselen we de genua voor de grotere en lichtere Code O. Vanaf die tijd hebben we ook 1 tot 1,5 knoop stroom mee en gaan we als een speer. Beide hebben we om beurten goed kunnen slapen, lang leve de oordoppen!
We maken er een echte zondag van: ontbijt met eieren en geroosterd brood, speculaas bij de koffie en dit keer staat er viscurrie op het menu. In de middag zakt de wind terug naar 5,5 knoop. In het begin kunnen we de zeilen nog redelijk volhouden, maar dan moet toch het ijzeren zeil aan. Rond 19.00 trekt de wind aan en zeilen we met 13 knopen wind de nacht in.

Maandag 15 oktober

Het was een frusterende nacht. De zuidwest waartse stroming duwt ons 25 graden naar bakboord, om ons een paar uur later naar stuurboord te sturen. Dit in combinatie met onze aandewindse koers ervaren we stroom tegen wind en is het een behoorlijke bokkige zee. Weinig slapen dus. Uiteindelijk moet de motor erbij om snelheid te behouden. 
Er zijn dagen waar je met 2 vingers in de neus kunt zeilen, maar er zijn ook dagen waar het hard werken is. Zo'n dag hebben we vandaag. Alle zeilen aan boord worden minstens één keer gehesen in allerlei configuraties. Zeilen worden uitgeboomd, bakboord, stuurboord, rif in grootzeil, grootzeil naar beneden, koers over bakboord, dan weer over stuurboord, spinaker op, deze weer inrollen om haar dan aan de andere kant weer uit te rollen etc.etc. Uiteindelijk blijft de spinaker de rest van de dag staan. Met de huidige NO wind kunnen we een voorliggende koers van 235 graden houden met een snelheid van maar liefs 3,5-4 knopen....., maar we hoeven de motor niet aan te doen, terwijl dat bij de anderen wel het geval is.
We kijken naar de lucht, op zoek naar wattige cumulus wolken. Boven de warme Mozambique stroming ontstaat deze bewolking door stijgende luchtdeeltjes en is hiermee de indicator van een warmer water vanuit het noorden. Prachtige theorie, alleen de wolkjes gaan de andere kant op en we hebben gewoon een knoop stroom tegen. Moeder natuur heeft zo haar eigen geheimen....
We zeilen die avond verder onder grootzeil en genua met een onbewolkte hemel en opkomende maan.


Dinsdag 16 oktober

Daar is die dan in één keer, de wind, van 13 knopen loopt hij op naar 25. We zeilen voor de wind, dus het voorzeil wordt ingerold. Van dit alles krijg ik weinig mee, want ik lig heerlijk te pitten. Later op mijn wacht wordt er alleen op het gereefd grootzeil gevaren. Appeltje, eitje.
's Morgens gaat de genua erbij en wordt het een heerlijke zeildag met een gelopen koers en weinig zeilhandelingen.
De dag staat in teken van wel of niet doorvaren. Het was inmiddels duidelijk dat we Richards Bay niet in één keer kunnen halen. Wat we op de gribfiles zien is dat er op 18 oktober een kort, maar krachtig windveld doorkomt. Maar de grootste dreiging is het stormveld, dat op de 21ste wordt verwacht. Langs de kust van Mozambique liggen van bovenaf gezien de ankerplekken: Bazaruto, Inhambane en Maputo. Het meest voor de handliggende is Bazaruto, geen probleem om dit op tijd te bereiken. Het grote nadeel is dat hier inmiddels al zo'n boot of 16 liggen, in afwachting van......  Het betekent ook dat we dan hier zeker een week moeten blijven. We wikken en wegen, draaien talloze routes uit, bekijken in de pilot de ankerplekken, waarvan Maputo op zich geen verkeerde zal zijn om het grote gebied af te wachten. We overwegen om de eerste korte storm op de 18e te nemen, maar wat als storm van de 21e sneller doorkomt... Het grote voordeel is dan dat we vanaf Maputo nog maar 210 Nm moeten overbruggen om in R. Bay te komen en de hele vloot voor zijn wat nu nog in Bazaruto ligt te wachten en ook een ligplaats in de marina willlen hebben. We zenden Des Cason een email -een Zuid Afrikaan, die samen met zijn vrouw Nell al jaren in deze wateren heeft gevaren en een ton aan ervaringen heeft. Op vrijwillige basis geeft hij aan zeilers via de mail informatie en advies over het weer. Tot op dit moment is hij nog niet teruggekomem op onze mail. We geven ons zelf tot morgenochtend de tijd om een besluit te nemen. Naast dat we ons dit natuurlijk zelf op de hals halen, is er weer een prachtige zeildag voorbij gegaan.

Woensdag 17 oktober

Halverwege de nacht tijdens de wisseling van de wacht gaan we nog een keer door het hele scenario. Het huidige plan is om bij Inhambane te zijn, voordat het eerste windveld overkomt. Dan ankeren en zodra het voorbij is, anker op en naar Maputo. Ja, we besluiten: we gaan er voor. We informeren Max en Antares dat we Baz laten varen en doorgaan. Wind is minder dan verwacht, dus spinaker op. Tja, en dan is het Murphy's Law. De éénlijn roller, waar de spinaker mee uitrolt loopt klem. Anderhalf uur later, met Niels balancerend op de boegspriet, krijgen we hem los. Inmiddels is de wind gekrompen en nog minder in sterkte. Is dit een teken van boven om niet verder te gaan?! We gooien de handdoek in de ring en slaan rechtsaf richting Bazaruto. Door de hele manoeuvre is de koers naar Baz een stuk ongunstiger, stroom tegen en de wind pal van achter, met een wind over dek van 2,5 knoop, balen. Nu wordt het motoren om voor donker door de zandbanken te kunnen. Ik ben behoorlijk chagerijnig geworden en moet weer even schakelen. De vislijn die uitstaat knapt, waarschijnlijk zat er een hele grote aan vast. Kortom, geen vis, de lijn een stuk korter en de lure kwijt. Niels heeft nog meer lijn in zijn viskist, maar liefs 100 meter. Het lijkt hem een goed idee om deze op de rol te doen. Natuurlijk schat, ik help je........., maar lekkere timing!!! Het lijkt erop dat vandaag alles "fout" gaat, want waarschijnlijk hebben we het verkeerde eind van de lijn te pakken en zijn we een hele tijd verder, voordat de boel uit de war is.
De aanloop tussen de zandbanken naar de ankerplek bij Bazaruto is prima te doen met de waypoints van Des. Uiteindelijk valt om 18.15 het anker en liggen we weer bij het Afrikaanse continent. In het laatste licht zien we de zandduinen van het eiland en we proosten op een goede tocht.

Donderdag 18 oktober

Vandaag een cocoon dag. In de vroege ochtend komt het front al door. De wind is opgepikt, dikke donkere wolken met buien en onweer met veel lichtflitsen en inslagen. We verkassen naar de noordelijke ankerplaats om hier beschutter tegen de wind te liggen. Inmiddels hebben we 12 buren en is er weinig beweging met bijbootjes. We maken de boot schoon, de buitenkant gebeurt al automatisch met de buien die over komen. De rest van de dag halen we weerberichten en emails op. Het menu is toepasselijk: zuurkool met worst! We kijken een film "Kidnapping mr. Heineken en er is weer een dag voorbij.

woensdag 10 oktober 2018

De laatste weken Madagascar


                           

Het worden prachtige zeildagen als we richting Cap d'Andre van de ene ankerplek naar de andere varen. Bij Sakatia laten we de duikflessen nog even vullen en klets ik nog gezellig met de Nederlandse Sandra, die samen met haar ZA man Jaques de lodge runt. Heerlijk om Nederlands te kletsen, want sinds Thailand hebben we geen Nederlandse boot meer gezien. Waar zijn de Nederlandse wereld omzeilers! Is het de recente recessie, die ervoor zorgt dat minder weg zijn gegaan? We weten het niet.
Samen met de Franse boten Max en Tereva en de Duitse boot Antares verlaten we Russian Bay. Via Nosy Iranja met een prachtige zandspit gaan we even voor anker en streken de benen. Het is een toeristische attractie met veel (Italiaanse) dagjesmensen.



Diezelfde dag varen we door naar Honey River. Tijdens ons 2-daags verblijf hier gaan we met de bijbootjes verder de rivier op. Op de meest afgelegen plekken staan een paar hutten met wat piroques in het mangrove, wat een bestaan.



We bezoeken het dorpje en krijgen een rondleiding van Daniel, de schoolmeester, waardoor een bezoek aan de school niet uitblijft. "In the middle of nowhere" is hier een understatement.



Nosy Antanymora is een andere mooie ankerplek, waar met laagwater de zandspit te voorschijn komt. De tweede nacht krijgen we daar een behoorlijke squal over met 36kt.  Door de windshift worden we richting een koraalhoofd geblazen direct achter de boot. Het diepte alarm dat op 4,5m staat gaat steeds af. Ondanks dat er nog voldoende waterdiepte is onder de kiel besluiten we om na de bui te verkassen en dieper water op te zoeken. Dit slaapt net even beter.

                               

Aangekomen bij Nosy Lava krijgen we van Terava een heerlijk stuk Wahoo, zij zijn betere vissers dan wij. Onze vislijn hangt al dagen nutteloos achter de boot met af en toe een strike waarbij we de ene na de andere lure (nepvis) verliezen. We opperen het plan om hier een nacht extra te blijven en de oude gevangenis te bezoeken. De nacht brengt ons een harde zuidooster en liggen we in deze baai erg open en ligt Unwind erg onrustig. Het plan belandt in de prullenbak en we gaan al vroeg anker op.



Over Moramba bay hadden we al in Langkawi positieve berichten gehoord, het zou de mooiste baai van Madagascar zijn. Het blijkt een beschutte baai te zijn met allerlei kleine eilandjes vol met baobab bomen. We blijven hier de nodige dagen hangen. We kopen hier grote garnalen van de lokale bevolking voor een habbekrats en hebben sundowners op het strand met de andere boten. We maken heerlijke wandelingen en zien weer de nodige dansende lemurs.

                           


Inmiddels horen we dat de groep voor ons in het zuidelijker gelegen Bali Bay de oversteek naar Mozambique gaan maken. Het lijkt een redelijk weerraam, maar wij zijn nog niet zover en moeten nog inkopen doen en uitklaren in Mahajunga. 
Over deze plaats is het nodige geschreven. De authoriteiten zouden corrupt zijn, de ankerplek een verschrikking, kortom niet iets om naar uit te kijken. Bij aankomst is het blauwe water veranderd in roodbruin en kruisen we tientallen dhows die voor de wind de rivier op komen. We zitten rondom springtij met een verschil van ruim 4 meter tussen eb en vloed. Er is geen dinghy dock in Mahajunga, dus het is een kwestie van goed plannen, anders is het een hoop geklûun in de modder om aan de wal te komen. Samen met de boten Max en Antares zijn we om 14.00 aangekomen een uur voor hoogwater. We stellen voor dat de mannen met 1 bijboot naar de wal gaan om diesel te halen, dit scheelt een hoop gesjouw later. Zo gezegd, zo gedaan. Helaas geen foto van 3 volwassen kerels met 11 jerrycans in 1 tuktuk, maar het moet een mooi gezicht zijn geweest. 


Inmiddels is het afgaand tij, maar de wind komt nog uit het westen en veroorzaakt grondzeeën op de ondiepe ankerplaats. Het is zeer chaotisch met boten alle kanten op. Hier gaan we niet overnachten en halen het anker op en vertrekken naar Katcepe aan de overkant van de rivier. Hier is het een stuk rustiger. We varen morgenochtend wel terug naar Mahajunga om uit te klaren en boodschappen te halen. Het uitklaren was geen probleem, vergeleken met Hell-Ville is bij de één Immigratie misschien duurder en bij de ander de Port Captain goedkoper. We hebben tijd voor een laatste lunch en gaan terug aan boord. We verkassen nogmaals naar Katcepe om van daar te vertrekken naar Baly Bay, de laatste ankerplaats de oversteek naar het Afrikaanse continent. 
Baly Bay -waar boten voor ons meer dan een week hebben gelegen in afwachting van een goede mogelijkheid om over te steken- is ook weer een plek waar stroming en wind elkaar in de haren zitten. 
De UnWind heeft een brede kont en wanneer de golfjes van achter komen ketsen ze hier tegenaan. Ze is ook gemaakt om de wind en golven van voren te krijgen.